Een collectieve straf voor de DHKP-C | |||
Geschreven door | op donderdag, 20 april 2006
Na afloop van het gerechtelijk proces in Brugge legde de rechtbank een zware collectieve straf op aan politieke activisten van de DHKP-C, ook aan zij die nochtans niet het kleinste misdrijf hadden begaan. Het verdict: 6 jaar gevangenisstraf voor Musa Asoglu, 5 jaar voor Dursun Karatas, de algemeen secretaris van de DHKP-C en 4 jaar voor 5 andere verdachten waaronder Fehriye Erdal. Eén van de veroordelen, Bahar Kimyongür, kreeg vier jaar, enkel omdat hij een communiqué van DHKP-C had vertaald en verspreid. Vermoedens volstaan Krachtens de nieuwe zogenaamde antiterroristismewet is het niet langer het misdrijf dat bestraft wordt. Louter lidmaatschap, meer zelfs, het vermoeden van lidmaatschap of van banden met een organisatie die als 'terroristisch' wordt bestempeld, volstaan om veroordeld te worden. Deze noties zijn heel erg vaag. Het gebruik ervan wordt heel sterk bepaald door de interpretatie die de rechter eraan geeft. Aangezien het Belgisch strafgerecht zich al onbevoegd had verklaard n.a.v. het proces tegen Fehriye Erdal is het duidelijk dat nu een nauwe samenwerking tussen Belgische en Turkse politiediensten speelde om een storende politieke oppositie te neutraliseren. Dit proces doorbreekt het territorialiteitsprincipe in het strafrecht, dat stelt dat staten niet instaan voor de bestraffing van misdrijven die begaan zijn op het territorium van een ander land. De gevangen genomen militanten werden onmiddellijk in isolement opgesloten. Ze mogen enkel hun familie zien en alleen corresponderen in het Frans, Nederlands of Duits. Ze mogen geen brieven van Turkse vrienden ontvangen. Eén van de veroordeelden, Bahar Kimyongür, legt ons de omstandigheden van het proces uit. Dit proces is geen toeval. De DHKP-C is nooit een bedreiging geweest voor België of Europa, eenvoudigweg omdat haar strijdterrein in Turkije ligt. Hier doet de organisatie aan bewustmaking onder de Europese bevolking en organiseert ze betogingen tegen de militaristische staat in Turkije. Het is dus erg paradoxaal om van de ene op de andere dag de DHKP-C aan te vallen. De achterliggende deal is de zaak Fehriye Erdal. Die veroorzaakte diplomatische spanningen tussen België en Turkije. In 2000 besliste het hof van beroep in Gent dat Fehriye Erdal niet uitgeleverd kon worden aan Turkije. Vervolgens zocht men een land waar ze naartoe verbannen kon worden. Men moest vaststellen dat zo'n land niet bestaat. Dan hebben ze haar maar veroordeeld voor feiten die zich afspeelden in Turkije. Terwijl ze hier eigenlijk niet veroordeelbaar was. Noch uit te leveren, noch te verbannen, noch te veroordelen. De situatie was geblokkeerd. Turkije bleef druk uitoefenen op België, en om Turkije te plezieren, organiseerde België een collectief proces tegen elf personen die ervan verdacht worden van dichtbij of veraf verbonden te zijn met deze beweging. Via het normalisatieproces tussen Turkije en Europa is men bezig de democratische rechten en Europese wetgevingen te nivelleren tot op het Turkse niveau en niet omgekeerd. Het is niet Turkije dat opgekrikt wordt tot op Europees niveau, het is Europa dat de Turkse wetgeving omarmt. De Belgische regering neigt er meer en meer toe de dramatische mensenrechtensituatie in Turkije te banaliseren. Fehriye Erdal vreesde overgeleverd te worden aan Turkije. Om die reden is ze verdwenen, en de verklaringen van minister de Gucht - we leveren haar uit als we haar pakken - veroordelen Erdal voor de rest van haar leven tot de clandestiniteit. Net zoals de tribunalen van de Inquisititie worden nu collectieve straffen uitgesproken. Als ze er niet in slagen iemand vast te zetten, krijgen alle personen die men wel in de hand heeft maximale straffen. Hetzelfde gebeurde onder de nazi's. Het gaat om dezelfde geest. Om iemand te pakken die zich verzette tegen het fascisme, aarzelde de gestapo niet om dorpsgenoten te executeren. De acties van de DHKP-C zijn geen terroristische acties, men kan de DHKP-C niet gelijkstellen met Al Qaida of met hen die zinloos geweld begaan tegen onschuldige personen zoals bij de aanslagen in Madrid of Londen. Deze wet is gevaarlijk, want ze doodt de vrijheid. Eerst door een bevrijdingsbeweging uit Turkije aan te vallen, het volgende doelwit kan de vakbeweging worden en zijn stakingsrecht. Ik ben niet bang om naar de gevangenis te gaan. Door me op te sluiten gaat het informatiebureau verder met zijn werk vanuit de gevangenis. Ik zet mijn gevecht voort, binnen de gevangenis of erbuiten. Zoals de communistische dichter Nazim Hikmet zei: "De kwestie is niet gevangen te zitten, de kwestie is zich niet over te geven". |
Binnenland :
Chris Den Hond :