Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Witte woede: een gedeeltelijke overwinning PDF Print Email
Geschreven door M. Lievens op dinsdag, 12 april 2005
Al jarenlang is de non profit één van de meest strijdbare sectoren binnen de arbeidersbeweging. Ook het afgelopen jaar beet ze fel van zich af, met de hoop op een goede CAO voor de periode 2005-2009. Tienduizenden mensen kon de beweging van de zogeheten 'witte woede' op de been brengen, rond een gerechtvaardigde eisenbundel. Na de staking van eind februari - begin maart kon dan ook een gedeeltelijke overwinning binnengehaald worden.

Een moeilijke uitgangspositie

Het is helemaal geen evidentie dat de non profit haar eisen - gedeeltelijk - kan afdwingen. De sector worstelt immers met een probleem wat betreft haar impact. Haar specificiteit geeft haar een zwakke machtspositie. In de privé kun je de aandeelhouders van een bedrijf heel wat pijn doen door het werk neer te leggen. In de 'non profit' ben je alleen van de overheid afhankelijk. Door het opvorderingssysteem blijft de impact van stakingen nog beperkter. De sector moet het dan ook vooral hebben van de steun vanuit de publieke opinie en andere sectoren binnen de arbeidersklasse, en van haar band met de patiënten. Dat dwingt haar ertoe eisen te stellen die een bredere dynamiek in de maatschappij kunnen teweegbrengen, of een voorbeeldfunctie kunnen hebben. Arbeidsduurvermindering (ADV) met loonsbehoud en evenredige aanwervingen bijvoorbeeld. Of het aankaarten van de kwestie van de financiering van de openbare diensten en van de bevrediging van de maatschappelijke behoeften in het algemeen (b.v. het probleem van de wachtlijsten in de zorg).

Daarenboven ligt  de syndicalisatiegraad niet vrij hoog in de quartaire sector. Relatief weinig verpleegkundigen zijn lid van de vakbond, en dat maakt een staking voor hen des te zwaarder om te dragen. Veel mensen hoopten stiekem opgevorderd te worden, en de regering rekende daarom ook voluit op een snelle uitputtingsslag.

Ongehoorde reacties

De reacties vanuit de regering op de staking waren dan ook ongehoord. Het regeringsvoorstel, dat een budget van zo'n 375 miljoen euro ter beschikking stelde, werd quasi unaniem verworpen door de LBC (Landelijke Bediendencentrale - ACV). Op 26 februari werd het startschot gegeven voor een staking, die heel goed werd opgevolgd. Onmiddellijk reageerde minister van tewerkstelling Freya Vandenbossche (sp.a) met de weigering te onderhandelen zolang de staking voortduurde. Dat zouden patroons in de privé eens moeten proberen! Minister van volksgezondheid Rudi Demotte (PS) sprak zelfs over een 'politieke staking'. De eenheid tussen de regering en de directies van de ziekenhuizen bleek opvallend sterk. Ook de snelheid waarmee werd overgegaan tot de opvordering van het personeel door de gouverneur was nooit eerder vertoond. Vroeger was de opvordering van personeel via de politie een laatste redmiddel wanneer er geen overeenstemming bereikt kon worden bij onderhandelingen. Nu werd onmiddellijk en massaal die kaart getrokken. Alle grote woorden ten spijt, moesten de ministers echter al snel bijdraaien: de wil om de staking te breken bleek niet opgewassen tegen het enthousiasme van de stakers.

Boekhouders

Met zijn vraag of de eis voor ADV ook zou moeten gelden voor de boekhouders in de ziekenhuizen, probeerde Verhofstadt een andere strategie uit om de non profit de wind uit de zeilen te halen. De vakbonden wilden dat hun eisen voor al het personeel zouden gelden, dus ook voor het schoonmaakpersoneel of de boekhouders. Door op die laatste te focussen trachtte Verhofstadt de eisen te ridiculiseren: moeten die één of twee boekhouders in het ziekenhuis nu ook al ADV krijgen? Door de eisen als 'onredelijk' voor te stellen, werd bewust gepoogd een karikatuur te maken van de beweging. Nochtans doet de Algemene Centrale (ABVV), die o.a. ook de arbeid(st)ers in de beschutte werkplaatsen organiseert, voluit mee met de staking.

Fundamenteel vreest de regering natuurlijk dat de non profit door de realisatie van bepaalde van haar eisen of de propaganda errond andere sectoren op gedachten zou kunnen brengen. Vooral een overwinning op het vlak van ADV zou een echte trendbreuk betekenen met de huidige neoliberale koers van inleveren en langer werken (remember de 40-urenweek!). Een echte systematische argumentatie voor zo'n breuk lijkt de witte woede nog te ontberen. De eis van ADV wordt bijvoorbeeld nauwelijks verbonden met die voor 25000 extra jobs. Dat heeft te maken met het feit dat er sowieso te weinig verpleegkundigen zijn voor teveel werk. Het gaat er dus niet zozeer om het bestaande werk te herverdelen, dan wel tegemoet te komen aan de noden die vandaag onbevredigd blijven door een tekort aan personeel en middelen. Voor het onderhouds- en keukenpersoneel en dergelijke zou dit mechanisme van ADV met evenredige aanwervingen echter wel voluit kunnen spelen.

Daarom is het bekomen van ADV-dagen vanaf 52 jaar voor het 'niet-verzorgend' personeel een belangrijke stap voorwaarts. In plaats van de oorspronkelijke 60% van het personeel die al van de ADV-dagen kunnen genieten, zullen dat er nu 80% en meer worden.

Arbeidsduurvermindering met loonbehoud en herverdeling van de arbeid is de enige piste om nieuwe jobs te creëren (zie kader). De regering vreest dat de witte woede dat in de praktijk wel eens zou kunnen aantonen. Andere sectoren zouden gelijkaardige eisen kunnen stellen ('zie maar naar de verpleegkundigen'), iets waar de regering en het patronaat als de dood voor zijn. Ze willen de discussie over ADV dan ook kost wat kost afblokken. Liever toegeven op de eis van extra personeel, van het aanvullend pensioen en de eindeloopbaanregeling, om de fundamentele kwestie maar uit de weg te kunnen gaan.

De PS staat op de rem

De LBC is met boegbeeld Walter Cornelis de onbetwiste voortrekker van de witte woede. Het valt echter op hoe fel de ACOD op de rem stond. De staking eind februari-begin maart werd vooral goed opgevolgd in privé-ziekenhuizen, en die zijn vaak verbonden met Caritas. De openbare ziekenhuizen (vooral in Wallonië) deden veel minder mee met de actie. De structuur van de ziekenhuizen is er meer op intercommunales gebaseerd, waarin PS-mandatarissen een grotere vinger in de pap te brokken hebben. In Wallonië staat de ACOD dan ook sterker in de sector, en binnen de ACOD weegt het gewicht van de PS natuurlijk fel door. En die PS wil uiteraard 'haar' minister niet in verlegenheid brengen door een radicale staking. Dat maakt dat de ACOD ook helemaal geen stakingsoproep deed. De centrale lanceerde in de aanloop van de staking zelfs een bericht dat 'alle acties opgeschort werden'. De ACOD ging zelfs nog verder door de BBTK en de LBC van 'plat opportunisme' te beschuldigen. Ook Vlaamse openbare ziekenhuizen deden daardoor niet mee met de staking. De CCOD van haar kant deed  nauwelijks een inspanning om tegen de ACOD in te gaan en de staking uit te breiden, en schortte de acties ook op. Waarschijnlijk wilden zij de verworvenheid van de verhoging van het vakantiegeld van de statutaire tewerkgestelden niet op de helling zetten.

Bij de ACOD meende men zelfs dat het oorspronkelijke voorstel van de regering het laatste zou zijn wat die zou geven, en dat ze niet aan de druk zou toegeven. Merkwaardig hoe men daar bij de ACOD zo zeker van was. Wisten ze meer door hun contacten binnen de sp.a? Een demobiliserend effect had die eigenaardige stelling in elk geval. Mensen gaan niet in staking om te horen dat alles in de coulissen al is bekonkelfoesd! Veel mensen op de werkvloer begrijpen de opsplitsing tussen privé- en openbare ziekenhuizen niet goed meer; uiteindelijk komen de middelen hoofdzakelijk uit één pot. Als dan blijkt dat de regering na 1 week acties 100 miljoen euro extra op tafel legt dan sta je als ACOD en CCOD wel lelijk in je blootje! Het is tot nu toe oorverdovend stil op dat front.

Een gedeeltelijke overwinning

Vandenbossche en Demotte konden natuurlijk de druk van de sector niet zomaar naast zich neerleggen. Gesprekken met de vakbonden leidden dan ook tamelijk snel naar een akkoord, waarin aan een aantal verzuchtingen van het personeel tegemoet werd gekomen. De beschikbare enveloppe werd opgetrokken van 375 naar 471 miljoen euro. Voordien beloofde de regering al 10.000 extra jobs, zonder iets te doen aan de aantrekkelijkheid van die jobs. De mensen in de sector zijn er zich heel hard van bewust dat hun situatie veel minder rooskleurig is dan in andere sectoren. Volgens het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA, K.U.Leuven) bedraagt de loonachterstand niet minder dan 10,5 %! De regering moest dan ook wel een antwoord formuleren op dit probleem. Hoe gaat men anders de leegloop van de hogescholen voor verpleegkundigen tegengaan?

Een volledige dertiende maand, zoals geëist door de stakers, komt er echter niet. De realisatie van die eis had het onderwijspersoneel, dat ook al een tijdje een dertiende maand eist, immers wel eens kunnen inspireren. Wel wordt de premie, die 300 euro netto bedroeg in het eerste akkoord, opgetrokken tot 400 euro, afhankelijk van de omvang van het loon, en aan de index gekoppeld. Daarnaast verwerven de arbeiders in de sector na vijf jaar het bediendenstatuut, en wordt de vakbondsvertegenwoordiging gegarandeerd in alle instellingen vanaf 20 personeelsleden. Een goede zaak is het tenslotte, dat de poging van de regering om het brugpensioen te ontmoedigen in de sector, is teruggefloten.

Op bedrijfsvlak zullen de syndicale organisaties nauwlettend moeten toekijken op de invulling van de ADV-dagen mét bijkomende aanwervingen voor bijvoorbeeld arbeiderspersoneel. Zoniet is het niet onwaarschijnlijk dat de toegenomen werkdruk gecompenseerd zou worden door externe firma's (b.v. schoonmaakbedrijven). 'Uitbestedingen' in werkgeverstaal, privatiseringen in de praktijk. Nu al krijgen  zulke firma's meer en meer voet aan huis. Meer nog, ze functioneren al in veel instellingen naast het eigen onderhoudspersoneel. En dit met de logische nadelige gevolgen voor een optimale syndicale werking.

De reden van deze gedeeltelijke overwinning is uiteraard de vastberadenheid en eensgezindheid van de stakers. Tienduizenden mensen deden mee met de acties, die bijna unaniem werden gesteund door het personeel. De staking kende uitbreiding naar steeds nieuwe verpleegkundige instellingen, en kon ook op nogal wat sympathie van de publieke opinie rekenen. Om verdere radicalisering tegen te gaan en de dynamiek op tijd stil te leggen, gaf de regering dan maar toe. Toch kunnen de stakers trots zijn op wat ze door hun acties hebben afgedwongen. Strijd loont! Nu moet die strijd verdergaan, voor de toepassing van het akkoord en voor de onderhandelingen op Vlaams niveau.

Het kapitalisme verzorgt je niet!

De uitbouw van de non profit sector beantwoordt niet alleen aan echte maatschappelijke behoeften, maar is ook in staat massaal jobs te creëren. Als er jobs worden gecreëerd, dan is het in de zorgsector. Tussen 1973 en 2002 daalde het totale aantal jobs in België, berekend in voltijds equivalenten, met 1 %. Het aantal reële jobs steeg niettemin met 14 % doordat steeds meer mensen (vooral vrouwen) deeltijds gingen werken (met loonsverlies). Die 14 % stijging verhult echter een groot verschil tussen de privé-sector en de quartaire of non profit sector. In die laatste steeg het aantal jobs immers met 84 %, terwijl het in de privé daalde met 6 %. Nochtans zouden nog veel meer jobs kunnen gecreëerd worden, want de onbevredigde behoeften blijven groot.

Het kapitalisme botst hier echter op een enorme contradictie: in de zorgsector kunnen, net als in het onderwijs of openbaar vervoer, weinig productiviteitswinsten worden gemaakt, en dat in tegenstelling tot bijvoorbeeld de automobielindustrie of de sector van de duurzame consumptiegoederen. In die laatste kunnen bedrijven door allerlei innovaties surpluswinsten halen tegenover hun concurrenten.

Voor het verzorgen van een zieke echter is vandaag nog altijd evenveel tijd en energie nodig als honderd jaar geleden. Die arbeid kun je nauwelijks productiever maken door het gebruik van machines! Het kapitalisme botst dus op obstakels: de markt voor traditionele goederen, zoals de automobielmarkt, waar grote productiviteitswinsten te realiseren vallen, raakt verzadigd, terwijl de nieuwe behoeften moeilijk 'geïndustrialiseerd' kunnen worden. Er ontstaat daardoor een groeiende kloof tussen de maatschappelijke behoeften (zorg, onderwijs, openbaar vervoer…) en wat het kapitalisme wil produceren. Die contradictie zie je elke dag opduiken in het discours van de neoliberalen: wie een nieuwe wasmachine koopt, draagt bij aan het economisch herstel. Wie zich daarentegen laat verzorgen in een ziekenhuis, draagt bij aan de ontsporing van de uitgaven in de ziekteverzekering. Voor de kapitalisten is de ene behoefte beter dan de andere… Opdoeken die handel!

Naar boven