Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Over Brussel-Halle-Vilvoorde... en de multiculturele samenleving PDF Print Email
Geschreven door David Dessers op dinsdag, 21 juni 2005

Het politieke debat in België werd de afgelopen maanden volledig gedomineerd door probleem 177: de split-sing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde. Méér nog, het feit dat de federale regering na weken onderhandelen de handdoek in ring gooide, leidde bij zowat alle Vlaamse partijen tot een verkrampte crisissfeer. David Dessers schetst de achtergrond van de kwestie. Hoewel de splitsing van het bewuste kiesarrondissement niet meer dan het logische gevolg is van de federale staatsstructuur waarvoor in dit land gekozen werd, biedt die splitsing allerminst het antwoord op de vragen over het samenleven van cultureel diverse bevolkingsgroepen, die ons vandaag pijlsnel tegemoet komen.

Eventjes recapituleren. Waarover gaat het ook al weer? Sinds de grondwetsherziening van 1970 bestaat België uit drie ééntalige gebieden (het Nederlandstalig, het Franstalig en het Duitstalig gebied) en één tweetalig gebied, nl. Brussel hoofdstad (dat 19 gemeenten omvat). Sindsdien stemt men in Wallonië op Waalse partijen en in Vlaanderen op Vlaamse. Enkel in het officieel tweetalige Brussel dingen zowel Nederlandstalige als Franstalige partijen naar de gunst van de kiezer. Dat was de logica van het federalisme waar men toen voor koos.

Er bleef echter één uitzondering op de regel bestaan. En zo belanden we bij probleem 177. Bij de verkiezingen voor kamer en senaat en bij de Europese verkiezingen kan er in 35 van de 65 gemeenten van de provincie Vlaams Brabant (officieel ééntalig Vlaams gebied) toch gestemd worden op Franstalige partijen omdat het Westen van Vlaams Brabant (het arrodissement Halle Vilvoorde) één groot kiesarrondissement vormt met Brussel Hoofdstad. Een anomalie, als je de logica van het Belgisch fede-ralisme consequent aanhoudt.

Recent kwam de zaak nog eens op het voorplan, toen men in 2004 voor het eerst op federaal vlak provinciale kieskringen invoerde. Overal golden die provinciale kieskringen, behalve in Vlaams-Brabant, waar Halle en Vilvoorde nog steeds bij de Brusselse kieskring bleven behoren.

Er klopt dus inderdaad iets niet. Ofwel heeft men indertijd de verde-ling van de taalgebieden fout vastgelegd, ofwel klopt die kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde gewoon niet. De verdeling van taalgebieden is echter onderhandeld en goedgekeurd door Vlamingen en Franstaligen en ligt inmiddels vervat in de grondwet. Conclusie - inmiddels ook van het arbitragehof: de kieskring moet ge-splitst worden. Als iedereen het officieel eens is over het feit dat Halle en Vilvoorde tot Vlaams Brabant en dus tot het ééntalige Vlaamse grondgebied behoren, dan is er geen enkele zinnige reden waarom men daar op Franstalige lijsten zou kunnen stemmen. Immers, een Vlaming die zich in Waals Brabant gaat vestigen kan evenmin op Vlaamse lijsten in Brussel stemmen. Klaar.

Politieke deining

Waarom zorgt de splitsing van dat kiesarrondissement (noteer overigens dat het niet enkel over het kies- maar ook over het gerechterlijk arrodissment gaat) dan voor zo'n ongelooflijke politieke deining? De reden ligt voor de hand: in die 35 Vlaams Brabantse gemeenten rond Brussel wonen een pak Franstaligen. Bij recente verkiezingen gingen er 73.000 stemmen uit het bewuste gebied naar Franstalige lijsten. Dat geeft een idee. In zes faciliteitengemeenten rond Brussel zijn de Franstaligen zelfs in de meerderheid.

Zowat alle Franstalige partijen zijn nu van oordeel dat er eigenlijk weinig verschil is tussen de Franstaligen in de 19 Brusselse gemeenten en die in de Vlaamse rand rond Brussel. Voor hen zijn het Franstaligen, die een stek gezocht hebben in de buurt van de hoofdstad en die dus net als inwo-ners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op Franstalige lijsten moeten kunnen stemmen. Men argumenteert dat dit een logisch gevolg is van de geografische uitbreiding van de Europese metropool Brussel en dat je die uitbreiding nooit zal kunnen stoppen. Met andere woorden: de Franstalige partijen trekken inderdaad de eerder gestemde indeling van de taalgebieden in België in twijfel: ofwel verander je niets, ofwel moet het Brussels gewest uitgebreid worden met, op z'n minst, een aantal van die 35 Vlaamse gemeenten. Het zijn de facto tweetalige gemeenten, erken dat dan ook. Dat is zo'n beetje het Waalse standpunt.

In Vlaanderen is een totaal ander geluid te horen. Zowat alle partijen zijn gewonnen voor een splitsing en vinden dat de evidentie zelve (nogmaals, als je inderdaad de eerdere gemaakte afspraken volgt, is dat ook zo). Dit Vlaamse standpunt kan en mag niet los gezien worden van de geschiedenis van de Vlamingen in België. Je hoeft geen Vlaams-nationa-list te zijn om te erkennen dat Vlamingen en hun taal jarenlang onderdrukt werden in dit land. De strijd tegen deze onderdrukking is een legitieme strijd. Het gaat erom dat je onderwijs kan volgen in jouw taal, dat je beroepsmogelijkheden dezelfde zijn, dat de staat en haar diensten jouw taal erkennen en hanteren.

Culturele identiteit

Je kan urenlang discussiëren over culturele identiteiten en vooral over de vaak geforceerde wijze waarop ze tot stand kwamen. Echter, eens een grote groep mensen met welke voorgeschiedenis dan ook een taal spreekt en in die taal denkt, maar die taal wordt onderdrukt door een staat, dan is de strijd tegen die onderdrukking legitiem. Overigens hoeven daar niet noodzakelijk veel historische claims aan te pas te komen: culturele identiteiten ontstaan, kunnen evolueren, kunnen opgaan in bredere identiteiten en kunnen ook weer verdwijnen. De slangtaal van jonge migranten uit de Franse banlieues heeft daarom evenveel culturele waarde als de oudste variant van het Bretoens… Waar het op aankomt: eens een culturele identiteit bestaat, is de strijd tegen de onderdrukking ervan legitiem.

Welnu, de geschiedenis van Vlamingen in België is er één van onderdrukking en strijd daartegen. Uiteraard is de Vlaamse beweging reeds zeer vroeg in uiterst rechts vaarwater terechtgekomen, wat de zaak er niet makkelijker op maakt. Maar dat betekent geenszins dat de strijd tegen die onderdrukking niet legitiem was. Ook territoriale eisen en eisen rond zelfbestuur zijn daarbij legitiem. Het zelfbeschikkingsrecht van de volkeren stond reeds centraal bij Lenin en de bolsjevieken. In het kader van die Vlaamse ontvoogdingsstrijd groeiden dus eisen voor zelfbestuur en een afbakening van het grondgebied als buffer tegen een systematisch verfransing. Die verfransing was niet gewoon een gevolg van migratie maar van de dominantie van het Frans als taal van de heersende klasse en de staat. Dergelijke eisen zijn in feite volstrekt normaal. Daarom is de SAP nooit een tegenstander geweest van de federalise-ring van de unitaire Belgische koningsstaat.

Vlamingen in België

Worden de Vlamingen vandaag nog steeds 'onderdrukt' in België? Voor wat Brussel en de Vlaamse rand betreft, kan je bezwaarlijk beweren dat het probleem voor 100% van de baan is. In de rest van Vlaanderen is het dat wel. Hoewel Brussel officieel tweetalig gebied is, weet iedereen dat de overheidsdiensten, inclusief gerecht en medische diensten, niet volledig tweetalig zijn. Dat hoeft niet meteen tot ronkende kaakslagretoriek te leiden, maar het is wel een realiteit. Gezien de 35 gemeenten van Halle-Vilvoorde ook gerechterlijk nog steeds een arrondissement vormen met Brussel zijn er ook daar zeker nog problemen te melden. Komt daar nog eens bij dat de verfransing van die Vlaamse gemeenten ook een sociale component kent; vadaag vestigen heel wat eurocraten zich in die gemeenten. Die jagen de prijzen omhoog en spelen nauwelijks een rol in het lokale sociale leven… We kunnen deze problemen niet zomaar wegrelativeren met een multicultureel discours; ook Nederlandstaligen die de andere landstaal niet machtig zijn, hebben het recht om publieke dienstverlening in hun taal te krijgen...

In ieder geval speelt die achtergrond van reële onderdrukking van de Vlamingen en hun taal een belangrijke rol in die eensgezindheid van de Vlaamse partijen voor de splitsing. Men wil absoluut vasthouden aan de eerder gemaakte afspraken in verband met de indeling in taalgebieden van het land. En in principe zijn er weinig argumenten om je te kanten tegen de splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde.

Racisme

Het is echter duidelijk dat de Vlaamse retoriek tegelijkertijd ook erg bezoedeld is geraakt door racistische en egoïstische argumenten… En daartegen kunnen we ons niet sterk genoeg kanten. Uiteraard zijn er ook Franstalige krachten die olie op het vuur gooien, maar aan Vlaamse zijde horen we de jongste tijd een boel argumenten die in feite nog weinig te maken hebben met het splitsen van een kieskring. Laten we wel wezen; een kieskring splitsen als uitloper van een federalisering van de staat is één zaak, maar elke vorm van andersta-lige en zeker francofone migratie op het ééntalige grondgebied beschouwen als een bedreiging is heel wat anders. De aanzwellende rethoriek tegen de aanwezigheid van anderstaligen op Vlaams grondgebied is dan ook verontrustend.

Net na de crisis kondigde de Vlaamse regering een hele rist maatregelen aan om het "Vlaamse karakter" van de rand te versterken. Daarbij werd bijvoorbeeld beweerd dat er een boel extra middelen zouden komen voor sociale woningen voor Nederlandsta-ligen in de rand. Welnu, dat is ronduit onaanvaardbaar: sociale woningen moeten er komen voor alle inwoners van Vlaanderen, Brussel en Wallonië die ze nodig hebben. Dat er op Vlaams grondgebied sociale woningen ‘enkel voor Vlamingen’ zouden komen, is ronduit discri-minerend. Wat heeft dat in godsnaam met de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde te maken?

Multicultuur

Het debat interfereert dan ook met een ander actueel debat: dat over de multiculturaliteit. Neem bijvoorbeeld Brussel, ooit een Vlaamse stad. Brussel is vandaag een kleine grootstad met een smeltkroes van culturen waarin de Vlamingen erg in de minderheid zijn. Brussel zal in ieder geval nooit meer een ‘ééntalige Vlaamse stad’ worden. Dat is een evolutie die niet éénduidig is. De culturele samenstelling van het actuele Brussel is een gevolg van tal van factoren, waarvan de vroegere staatspolitiek van het unitaire België er slechts één is. Even belangrijk zijn factoren die te maken hebben met de evolutie van het internationale kapitalisme en de zogenaamde globalisering. In grote steden dringt zich op die wijze een debat op over het samenleven van niet twee maar ontzettend veel culturele identiteiten. Dat is een debat over culturele en democratische rechten, over minderheidsrechten, over de onderlinge relatie tussen die culturele identiteiten, over gedeeltelijke meertaligheid. In dat debat geraak je niet weg met voorstellen om enkel de dominante cultuur verder te versterken.

Alles wijst erop dat met de toegenomen migratie in de wereld en door de gestage totstandkoming van een wereldmaatschappij, deze evoluties niet tegen te houden zullen zijn (marxisten vinden dat overigens ook niet wenselijk). We staan hierbij slechts aan het begin van een lange evolutie en allicht zullen de debatten die zich vandaag opwerpen in onze grote steden morgen de debatten in gans Europa en dus ook Vlaanderen zijn.

Brussel zal uiteraard nog wel een hele tijd een tweetalig gewest blijven (en daar is niets mis mee). Maar méér en méér komen er specifieke rechten voor culturele minderheden (religieuze, culturele, democratische rechten). Is het zo ondenkbaar dat de Arabische inwoners van Brussel op zeker moment een aantal officiële documenten in hun taal zullen kunnen bekomen (zoals Chinezen dat vandaag kunnen in een aantal steden in de VS)? Is het zo ondenkbaar dat belangrijke minderheidsgroepen onderwijs tot op zekere leeftijd tweetalig zullen kunnen organiseren (hun eigen taal en een officiële landstaal) om hun integratie te bespoedigen? Door de culturele complexiteit van de toekomstige samenlevingen, is het net aannemelijk dat rechten in toe-nemende mate persoonsgebonden zullen worden en in afnemende mate gebonden aan een territorium en de heersende culturele identiteit ervan.

In maatschappijen waarin migratie een steeds belangrijkere rol zal spelen, zullen deze kwesties zich hoe dan ook op goede dag aandienen, ook in Vlaanderen. En wat zal Vlaanderen dan doen? Zijn ééntalige karakter in de verf zetten met allerhande maatregelen voor het "eigen volk"? Of een leefbare en weerbare samenleving opbouwen door rekening te houden met de nieuwe realiteit? Het samenleven van verschillende culturele groepen zal wel altijd voor de nodige strubbelingen en debatten blijven leiden.

Wij kanten ons niet tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde als uitloper van de federalisering van de Belgische unitaire staat maar geloven niet dat dit het antwoord is op de vragen die pijlsnel op ons afkomen. We kanten ons wél tegen elk discours dat het toenemende multiculturele karakter van onze samenleving ontkent en zich principieel uitspreekt tegen de aanwezigheid van andersta-ligen.

In een geglobaliseerde wereld zal het concept van de ééntalige natiestaten steeds méér onder druk komen te staan, hoe legitiem de strijd ervoor ook kan geweest zijn. En met de oude vormen zullen ook de oude gedachten stilletjes afsterven...

Naar boven