Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Permanente revolutie? PDF Print Email
Geschreven door Ataulfo Riera op woensdag, 23 oktober 2002
De VS maken zich op voor een oorlog tegen Irak. Ondertussen blijven Amerikaanse troepen aanwezig in Centraal Azië. Maar toch vergeten Bush en co ook hun eigen achtertuin niet in de gaten te houden. In Latijns Amerika groeien de krachten immers die opkomen tegen de Amerikaanse hegemonie en tegen de grote Amerikaanse vrijhandelszone Alca.

De toenemende sociale ongelijkheden, de aangehouden neoliberale politiek en de langdurige economische crisis zorgen ervoor dat de Latijns Amerikaanse nationale burgerijen hun legitimiteit lijken te verliezen. Traditionele partijen alsook de staatsinstellingen maken er een nooit geziene crisis door.

Die burgerijen, méér dan ooit verkocht aan het imperialisme, bleven vasthouden aan een neoliberale politiek, die ervoor zorgde dat de hefbomen voor herverdeling van rijkdommen volledig werden afgebouwd. Als reactie daarop kregen ze te maken met enorme sociale strijd en verzet van arbeiders, boeren en inheemse volkeren.

Terwijl in de imperialistische metropolen de andersglobalise-ringsbeweging het daglicht zag, destabiliseerden in Latijns Amerika algemene stakingen, wegblokkades, volksopstanden aanzienlijk de positie van de heersende klassen in Ecuador, Bolivië, Peru, Argentinië en later ook Paraguay en Uruguay.

Politieke polarisatie


Vandaag gaat die massale sociale verzetsbeweging een nieuwe etappe in. De activiteitsgraad bleef al die tijd wel hoog maar vandaag vertaalt het ongenoegen zich ook op het politiek-electorale terrein. De cijfers spreken voor zich: in Brazilië, belangrijkste Latijns Amerikaans land, behaalde de leider van de PT, de Arbeiderspartij, Ignacio “Lula” Da Silva, bijna vijftig procent van de stemmen tijdens de eerste ronde van de presidentsverkiezingen van zes oktober. Het lijkt nu reeds vast te staan dat hij op 28 oktober de overwinning behaalt. Als jullie dit lezen, is de uitslag reeds bekend.

In Bolivië behaalde in juni de indiaanse kandidaat Evo Morales, van de Beweging voor Socialisme, 20,94 procent van de stemmen. In Ecuador behaalde Lucio Gutierrez, een ex-kolonel die deelnam aan de volksopstand van de inheemse volkeren in januari 2000, twintig procent van de stemmen. Hij zal tijdens de tweede ronde op 24 november de degens kruisen met Noboa, de kandidaat van de burgerij. In Uruguay behaalt het Frente Amplio in de peilingen scores tot 52 procent. In Argentinië zou de trotskistische parlementair Luis Zamora een geloofwaardige kandidaat zijn voor de presidentsverkiezingen van 2003. 

Laten we ook even het meest gevorderde voorbeeld aanhalen van Hugo Chavez in Venezuela, die in 2000 herverkozen werd met zestig procent van de stemmen. De staatsgreep die de oligarchie trachtte te plegen in april van dit jaar werd tegengehouden door een aanhoudende mobilisatie van zes tot zeven miljoen mensen. Sindsdien uit het proces van Bolivariaanse revolutie zich in de permanente zelforganisatie en mobilisatie van de Venezolaanse massa’s. Op 13 oktober nog trokken anderhalf miljoen mensen op in de straten van Caracas om hun steun te betuigen aan Chavez en om de plannen van de oppositie onder vuur te nemen.

Deze zelfactiviteit van de massa’s oefent een enorme druk uit op de regering van Chavez om de anti-neoliberale en anti-imperialistische maatregelen erdoor te duwen. Op die wijze kan Venezuela op korte termijn een te volgen voorbeeld worden van een specifiek en permanent revolutionair proces, in de post-koude oorlog periode en de neoliberale globaliseringsfase.

De staat, altijd weer de staat


In Latijns Amerika wordt de macht van het kapitaal meer en meer in twijfel getrokken, niet enkel op het economische terrein (bezetting en zelfbeheer van bedrijven in Argentinië en Venezuela, grondbezettingen zo’n een beetje overal naar het voorbeeld van de Braziliaanse MST), maar dus ook op het politieke vlak.

Ongebreideld optimisme is echter niet meteen op zijn plaats: we zijn -nog?- niet in situaties van dubbele revolutionaire macht, hoewel de vergaderingen van de “vecinos” in Argentinië of de Bolivariaanse kringen in Venezuela wel als embryo’s van een machtsdualiteit kunnen beschouwd worden. Ook de organen van participatieve democratie in Brazilië en Venezuela zijn er een uitdrukking van.

Maar zelfs als het volkskamp verkiezingen weet te winnen en regeringen kan vormen, dan nog blijft de centrale burgerlijke staat, zelfs gedestabiliseerd, een beslissende hinderpaal die niet omzeild kan worden door klassensamenwerking of ronkende discours. Enkel de massamobilisatie van het volk kan daarmee komaf maken.

De geschiedenis van de revoluties heeft twee dingen aangetoond. Door de klassennatuur van de burgerlijke staat kan die niet hervormd worden noch aangewend worden om radicale antikapitalistische hervormingen door te voeren (cfr. Allende in Chili). Ten tweede kan die (sterk verzwakte) staat misschien wel een tijdje genegeerd worden (zoals het geval tijdens de Spaanse revolutie), toch krabbelt die na een tijd terug overeind en zal die vroeg of laat een offensief inzetten en zichzelf manifesteren als het centrum van de contra-revolutie.

Even tussendoor: het is omwille van deze concrete en praktische redenen en niet omwille van onze grote liefde voor de ‘marxistische orthodoxie’ of voor het dogmatisme dat wij ons afzetten van de theorieën van Toni Negri of John Holloway over de “revolutie zonder de machtsovername”. Want enkel de overdracht van de economische en politieke macht in handen van de nieuwe organen van democratische zelforganisatie en zelfbeheer geeft die progressieve regeringen, die bij algemeen stemrecht verkozen raakten, de nodige bewegingsruimte, vrijheid van handelen om stappen vooruit te zetten en zich te keren tegen het Amerikaanse imperialisme.

Om geen misverstanden te laten ontstaan: vandaag bevinden we ons niet in een dergelijke situatie. De krachtsverhoudingen (vooral op internationaal vlak) laten dat vandaag niet toe. Er zullen tussenstappen nodig zijn, zoals de nationalisatie van sleutelsectoren van de economie en de aanmoediging van de zelforganisatie. Dat is vandaag wel mogelijk.

We kunnen lang uitweiden over de ambiguïteiten van één of andere politieke leider. Vandaag tekent zich echter een breed progressief en anti-imperialistisch politiek-sociaal front af, ondersteund door gemobiliseerde massa’s en met een revolutionaire potentie, op het niveau van het continent. Dit proces verdient onze kritische internationalistische solidariteit.

Dit proces is trouwens een ware nachtmerrie voor Uncle Sam, die niet zal nalaten te reageren. Vandaag voeren Amerikaanse militairen mee het Colombia-plan uit, ook elders op het continent beginnen er militaire bewegingen op gang te komen.

Naar boven