Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Studenten in Quebec: leren van het verleden, vechten voor de toekomst PDF Print Email
Geschreven door Xavier Lafrance en Alan Sears* op zaterdag, 02 juni 2012

De noodwet, Bill 78, zou vereisen dat elke demonstratie van meer dan 50 personen van te voren aangemeld wordt, anders is deze illegaal. De wet verplicht leraren en staf weer aan het werk te gaan en bedreigt overtreders met boetes die op kunnen lopen tot tienduizenden dollars.

De wet is een reactie op een al drie maanden durende staking van studenten tegen verhoging van de studiekosten, welke tot hoge studieschulden zullen leiden, en voor gratis onderwijs. Meer dan 300.000 studenten hebben deelgenomen aan de staking, sommige voor enkele dagen, andere voor onbepaalde duur. Aanleiding voor de beweging was het plan van de regering van Quebec om het collegegeld met 75 procent te verhogen. Deze verhoging is ook van symbolisch belang en maakt deel uit van de door minister van financiën Raymond Bachand aangekondigde ‘culturele revolutie’ die een eind moet maken aan het idee van sociale voorzieningen als een recht.

Onder druk van de staking is de regering gaan onderhandelen met de studentenbonden maar ze heeft nog geen serieuze toezeggingen willen doen. Het aanbod van de regering, dat erop neerkwam dat een deel van de verwachte winst door grotere efficiëntie gebruikt zou worden voor een kleine verlaging van de studiekosten, werd met grote meerderheid afgewezen door de studenten. Daarna nam de regering haar toevlucht tot Bill 78.

De studentenstaking in Quebec vormt deel van een patroon van studentenactivisme tegen bezuinigingen in Chili, Groot-Brittannië, Californië en is deel van de wijdere beweging tegen bezuinigingen en de gevolgen ervan zoals Occupy, de opstanden in de Arabische wereld en de protesten in zuid Europa. Meer protesten zullen nog volgen, studenten hebben immers meer dan genoeg om zich boos over te maken: verhogingen van het collegegeld, afnemende kwaliteit van het onderwijs, slechte loopbaanvooruitzichten en in het algemeen de pogingen van regeringen om gewone mensen op te laten draaien voor de crisis. De grootste hindernis voor een nieuwe sprong vooruit van de beweging is niet het gebrek aan woede of de bereidheid om iets te doen maar aan vertrouwen dat het mogelijk is de bezuinigingsagenda te stoppen. Ondertussen heeft de studentenbeweging wel veel ervaring opgedaan, ervaring die kan bijdragen aan het zo broodnodige herstel van zelfvertrouwen en organisatievermogen. Centraal in de strategische visie van de beweging staat de opbouw van een democratische, activistische studentenbond

Rood

Overal duikt nu het symbool van de rode vierkant, het symbool van de studentenbeweging op. Het symbool is een toespeling op de Franse uitdrukking voor diep in de (studie)schulden zitten, ‘carrément dans la rouge‘, letterlijk: ‘vierkant in het rood’. Het symbool dook voor het eerst op tijdens studentenbetogingen in 2005 en is niet het enige dat de huidige beweging geleerd heeft van haar voorgangers.

Deze staking is de negende algemene studentenstaking in Quebec sinds de jaren zestig. Deze bewegingen varieerden in omvang en succes en activisten hebben geprobeerd er lessen uit te trekken. De eerste van deze stakingen was in 1968 toen studenten gratis onderwijs, meer Franstalig universitair onderwijs en democratisch bestuur van het onderwijs eisten. Toentertijd was het Engelstalige onderwijs veel meer ontwikkeld. De strijd voor Francofoon en democratisch, toegankelijk onderwijs was verbonden met de strijd voor nationale zelfbeschikking van Quebec en voor de rechten van Franssprekenden.

Daarnaast ontleende deze beweging kracht aan de golf van vakbondsactivisme tijdens de late jaren zestig en vroege jaren zeventig. De studenten in Quebec leerden ook van de Franse studentenbeweging en de verklaring van Grenoble uit 1946 waarin studenten worden omschreven als intellectuele arbeiders met hun eigen materiële belangen, zoals goed en toegankelijk onderwijs, en het vermogen en de verantwoordelijkheid om op te komen voor sociale rechtvaardigheid.

Deze geschiedenis van activisme heeft haar sporen nagelaten in de studentenorganisaties van Quebec. Vele lokale studentenbonden hebben bijvoorbeeld algemene ledenvergaderingen en actie-comités. De eis van gratis onderwijs heeft ook een lange geschiedenis. Alhoewel het collegegeld in de jaren negentig verhoogd werd hebben de Quebecois studenten erger weten te voorkomen en hoger onderwijs is er goedkoper dan in de rest van noord Amerika. Daarnaast hebben de bewegingen de opvatting dat onderwijs een sociaal recht en geen koopwaar is, wijd verspreid in de samenleving.

Leren uit het verleden

In 2001 gingen de studenten die ASSÉ (l’Association pour une Solidarité Syndicale Étudiante, Associatie voor een Solidaire Studentenbond) oprichten de geschiedenis van de beweging in Quebec bestuderen in een poging hier strategische lessen uit te trekken. Sommige van hen waren eerder actief geweest in een beweging die in 1998 stukliep op een mislukte stakingsoproep. ASSÉ ontwikkelde een activistische, democratische organisatievorm die in 2005 succesvol bleek. In de beweging van 2012 speelt ASSÉ, na een bredere coalitie genaamd CLASSE gevormd te hebben, een centrale rol.

Hun vorm van studentenactivisme had zelfs effect op de meer gevestigde en op lobbyen gerichte studentenorganisaties als de Fédération Étudiante Universitaire du Québec (FEUQ) en de Fédération Étudiante Collégiale du Québec (FECQ). In 2005 lieten deze twee de beweging in de steek om een overeenkomst met de regering te sluiten maar nu blijft de beweging verenigd. Deze eenheid is gedeeltelijk het resultaat van kritiek door hun eigen leden op de beslissing uit 2005.

De kern van de organisatievorm van CLASSE is dat studenten, net zoals werknemers, gedeelde belangen hebben (zoals toegankelijk onderwijs) en over de potentiële kracht beschikken om deze belangen te verdedigen. Organisatie is essentieel om dit potentieel te verwerkelijken. Lokale, dringende kwesties maar ook verzet tegen regeringsplannen moet aanleiding zijn voor collectieve actie waarin solidariteit, tussen studenten maar ook met andere sociale bewegingen, centraal staat. Als studentenorganisaties een strategie opstellen, bondgenootschappen sluiten en samenwerken kunnen ze regering en universiteitsbestuur dwingen te luisteren.

De algemene ledenvergadering speelt een belangrijke rol in het opbouwen van de beweging omdat het de besluitvorming democratisch en transparant maakt. Hier komen studenten samen om de koers van de bond vast te stellen en vertegenwoordigers te kiezen. In deze ledenvergadering moeten activisten in discussie gaan met andere studenten en hen proberen te overreden dat actie nodig en mogelijk is. De omvang van deze vergadering verschilt per campus, in sommige plaatsen is de studentenbond georganiseerd rond specifieke scholen of faculteiten, andere keren gaat het om de hele campus.

Voordat de algemene vergaderingen tot een staking besluiten is er al veel werk gestoken in andere acties. Voor de staking van 2005 bijvoorbeeld waren er petities ingezameld, lokale actieweken georganiseerd, kantoren bezet en demonstraties gehouden. Deze campagnes brengen mensen in beweging, brengen activisten naar voren en geven de kans om, voor deel te nemen aan een staking, minder harde actievormen uit te proberen. Als de regering blijft weigeren te luisteren is staking de volgende stap. De lokaal georganiseerde acties geven activisten de kans ervaring op te doen en in discussies hun argumenten te verfijnen. Om activisten verder te scholen organiseert ASSÉ regelmatig ‘camps de formation’, scholingsbijeenkomsten om politieke kwesties te bediscussiëren en politieke vaardigheden te oefenen.

Niet alleen studentenorganisaties als CLASSE, FECQ en FEUQ nemen deel aan de huidige beweging. De studenten hebben ook nauwe bondgenootschappen gesloten met andere bewegingen. De slogan ‘maak de studentenbeweging een sociale beweging’ geeft aan dat de strijd voor goed, toegankelijk en democratisch onderwijs niet los gezien kan worden van de vakbeweging, de strijd tegen armoede en voor feminisme en goede sociale voorzieningen. Studenten hebben andere bewegingen gesteund en tussen 2005 en nu hebben verschillende vakbonden hun steun aan het idee van gratis onderwijs uitgesproken. Als deel van de versterking van de solidariteit tussen verschillende bewegingen publiceerde CLASSE recent een verklaring over het belang van anti-racisme in de beweging.

De geschiedenis van de studentenbeweging heeft waardevolle lessen te bieden, lessen die de komende tijd extra belangrijk zullen worden. Het versterken van onderlinge solidariteit zal de komende tijd, naarmate de regering probeert de beweging de kop in te drukken, nog belangrijker worden. De beste manier om dit te doen is de democratische, activistische principes die zo centraal staan in deze beweging overal te verspreiden in de strijd tegen de bezuinigingsagenda.

* Xavier Lafrance was een woordvoerder van ASSÉ tijdens de staking in 2005. Hij is tegenwoordig actief in de Greater Toronto Workers Assembly en promovendus aan York University in Toronto. Alan Sears is ook actief in de Greater Toronto Workers’ Assembly en is docent aan de Ryerson University in Toronto. Dit is een bewerkte versie van een artikel dat eerder verscheen op newsocialist.org. Vertaling: redactie Grenzeloos.

Naar boven