Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Politieke resolutie PDF Print Email
Geschreven door SAP op zondag, 23 april 2006

Deze resolutie werd aangenomen op het eerste deel van het 15de congres van de SAP dat plaatsvond van 21 t.e.m. 23 april 2006

1. Volgens de SAP blijft het cruciale politieke probleem in België de afwezigheid van een linkse politieke kracht die de strijd van de antineoliberale bewegingen kan verdedigen op het politieke forum. Vakbonden en sociale bewegingen allerhande voeren strijd rond eisen die in min of meerdere mate breken met de neoliberale logica (generatiepact, jacht op werklozen, Europese grondwet, anti-Bolkestein, verdediging van mensen zonder papieren, tegen klimaatwijziging etc.). Ze botsen echter op een muur van macht, omdat ze niet beschikken over een politieke bondgenoot. Dit zorgt ervoor dat de toestand van antineoliberaal en antikapitalistisch links in België volledig geblokkeerd zit. De enige manier om dit probleem op te lossen is de opbouw van een brede, pluralistische antineoliberale politieke kracht, waarbinnen antikapitalistisch links voluit zijn rol kan spelen. Een dergelijke kracht moet zich van bij het begin vormen rond de principiële doelstelling om een electoraal alternatief te presenteren voor de sociaal-democraten en groenen.

2. Door het gebrek aan een dergelijke antineoliberale oppositie, slaagt extreem-rechts erin om zich op te werpen als enige kracht die zich kant tegen de heersende politiek. Aangezien de groenen en de sociaal-democraten niet breken met de neoliberale uitgangspunten, zullen ze niet in staat zijn om extreem-rechts een halt toe te roepen en betekenisvolle delen van het extreem-rechtse electoraat terug naar de linkse stal te brengen. Voorbeelden uit onze buurlanden (Linkspartei Duitsland, SP-Nederland of revolutionair links in Frankrijk) tonen aan dat een geloofwaardige linkse oppositie tegen het neoliberalisme het beste wapen is tegen oprukkend extreem-rechts.

3. Ook in België blijft de opbouw van zo’n nieuwe, brede, antineoliberale kracht de sleutel voor antikapitalistisch en antineoliberaal links om uit de uiterst problematische en machteloze toestand van vandaag weg te raken. Het is onmogelijk om te voorspellen hoe de opbouw van zo’n nieuwe kracht in ons land zal verlopen. Toch kunnen we stellen dat het minder dan ooit zal volstaan om de bestaande radicaal linkse partijen samen te brengen. Integendeel, net als in andere Europese landen zal die nieuwe kracht het resultaat zijn van een echte politieke herschikking in het linkse kamp, van breuken in de groene en sociaal-democratische partijen, een politieke heroriëntering van de delen van de vakbonden en de stap van militanten uit sociale beweging naar het politieke terrein. We kunnen daarbij verder bouwen op relatieve successen als Gauches Unies of de Antwerpse BSV.

4. Net als in andere Europese landen zal de opbouw van zo’n nieuwe politieke kracht vergemakkelijkt worden in tijden van opgaande sociale strijd. De Linkspartei in Duitsland groeide uit de strijd tegen het soberheidsbeleid van de regering Schröder-Fisher. Respect in Engeland groeide uit de massale strijd tegen de oorlog van Bush en Blair in Irak. Revolutionair links in Frankrijk kreeg de wind in de zeilen via de belangrijke stakingen en strijd van de vakbonden in de tweede helft van de jaren 90. De campagne tegen de Europese grondwet leidde er opnieuw tot nieuwe politieke constellaties die mogelijk gevolgen zullen hebben voor de nabije politieke toekomst. Ook in België hebben we gezien hoe de strijd tegen het generatiepact onmiddellijk tot een opflakkering leidde van het debat over de noodzaak aan een politiek alternatief. Sociale strijd leidt tot politieke opheldering en vergroot doorgaans de basis voor zo’n linkse herschikking.

5. Naar aanleiding van de strijd tegen het generatiepact en de aanhoudende neoliberale politiek van de paarse regering ontstonden er in België twee initiatieven voor een nieuwe politieke beweging. In Vlaanderen richtten de twee vroegere sp.a-parlementairen Jef Sleeckx en Lode Vanoutrive samen met de vroegere ABVV-voorzitter George Debunne een comité voor een andere politiek op. In Franstalig België verscheen er een oproep in La Libre Belgique voor een andere linkerzijde, op initiatief van Freddy Dewille en Alain Van Praet. De oproep kreeg de steun van een bescheiden reeks linkse syndicalisten, academici en politieke militanten. Hoewel de beide initiatieven vandaag gebreken vertonen en over een beperkte aanhang beschikken, steunt de SAP ze. De SAP neemt deel aan de vergaderingen en zal in het kader van deze initiatieven voorstellen doen om stappen vooruit te kunnen zetten.

6. Beide initiatieven zijn gericht op een deelname aan de parlementsverkiezingen van mei 2007. Die parlementsverkiezingen vormen inderdaad een belangrijke politieke gebeurtenis. Ze draaien rond de balans van de politiek van Verhofstadt-Reynders-Onkelinckx-Vanden Bossche. Die verkiezingen vormen dus het moment om af te rekenen met de neoliberale politiek, het generatiepact etc. Het zou dus erg belangrijk zijn om met geloofwaardige provinciale lijsten aanwezig te zijn in deze verkiezingen. Dit zal echter noodzakelijkerwijze afhangen van de aanhang die beide initiatieven weten op te bouwen in de komende maanden. De SAP is er geen voorstander van om onder gelijk welke omstandigheden deel te nemen aan de verkiezingen. In de maanden die komen moet het terrein getest worden, moet er werk gemaakt worden van een noodzakelijke verbreding, alvorens een beslissing kan genomen worden over al dan niet deelnemen in 2007. Terwijl de objectieve situatie in onze ogen schreeuwt om een links alternatief, zullen we op de juiste manier te werk moeten gaan om ook de subjectieve voorwaarden voor zo’n nieuwe politieke kracht te creëren.

7. Terwijl het initiatief in Wallonië werkt met algemene vergaderingen, werkgroepen etc. blijft de functionering van het Vlaamse initiatief minder open en transparant. Het Vlaamse initiatief beschikt dan wel met Jef Sleeckx en de anderen over enkele personaliteiten met een zekere uitstraling en bekendheid, toch zou de functionering van het comité voor een andere politiek dringend duidelijker moeten afgesproken worden. De SAP pleit voor een open nationale coördinatie, die in afwachting van een normale democratische structuur de zaken verder plant. Beide initiatieven zouden gebaat zijn bij de organisatie van een nationale trefdag, met een gevarieerd programma aan debatten en activiteiten, en waarop alle sympathisanten van zo’n nieuwe politieke kracht welkom zijn. Het zou meteen een goede gelegenheid vormen om de koppen te tellen en te zien welk vlees er in de kuip is.

8. We stellen vast dat binnen de beide initiatieven er nogal wat mensen ervoor gewonnen zijn om er één unitaire Belgische beweging van te maken. In het beste geval is die houding een uiting van de wil om zich te verzetten tegen de manier waarop de burgerlijke krachten in dit land trachten de arbeidersbeweging te verdelen en te verzwakken om zo de neoliberale politiek makkelijker te kunnen opleggen. In sommige gevallen –zoals bij Jef Sleeckx- is er sprake van onversneden belgicisme. De SAP is er voor dat er een behoorlijke coördinatie tussen beide initiatieven zou bestaan. Toch verschillen de politieke cultuur en de sociale realiteit in Vlaanderen en Wallonië. De twee initiatieven dienen hiermee rekening te houden bij het opstellen van programma en eisenbundel.

9. De SAP denkt dat het nodig is om te bouwen aan een nieuwe politieke kracht, die zich in een eerste fase allicht best als een politieke beweging omschrijft. Zo’n politieke beweging moet een eigen dynamiek en strategie kennen en is dus wat anders dan een bundeling van fracties. De LSP-MAS neemt deel aan de vergaderingen maar pleit ervoor om een beweging op te bouwen waarbinnen de bestaande radicaal-linkse organisaties een hoge mate van autonome verschijning en organisatie behouden. De SAP denkt niet dat zo’n fractionistische aanpak tot goede resultaten zal leiden. De militanten van radicaal links kunnen een belangrijke rol spelen in de leiding en in de uitbouw van de nieuwe beweging, op voorwaarde dat ze daarbij in eerste instantie vertrekken van de belangen van de beweging op zich en niet van de belangen van hun fractie erbinnen. Wanneer de bestaande radicaal linkse groepen dominant zijn binnen de beweging of, erger nog, een onderlinge fractiestrijd bepalend wordt voor de politieke sfeer, zal dit een hinderpaal blijken voor de verdere ontwikkeling van de beweging. SAP is er voorstander van dat de bestaande radicaal linkse partijen die de initiatieven steunen, samen rond de tafel gaan zitten en een onderling akkoord afsluiten over de rol en de plaats van radicaal links binnen de nieuwe beweging. Er moeten regels zijn die verhinderen dat één organisatie het debat monopoliseert of de meerderheid in een leiding nastreeft. Soortgelijke afspraken worden bijvoorbeeld reeds jarenlang met succes toegepast in het Links Blok in Portugal.

10. We stellen vast dat beide initiatieven, en in het bijzonder het initiatief voor een andere politiek, veel aandacht hebben voor de werkende klasse en haar belangen. Omwille van het feit dat dit initiatief gegroeid is vanuit de strijd tegen de Europese Grondwet en het Generatiepact is dit evident. Toch is het belangrijk om de kwesties die een aantal sociale bewegingen naar voren schuiven ook op de agenda te plaatsen. Zo blijven ecologische en feministische kwesties een beetje afwezig in het discours van deze (nog) startende bewegingen. De SAP pleit er voor dat feministische en ecologische aandachtspunten moeten opgenomen worden in het hart van het programma van een nieuwe politieke beweging. Voorts is er de jongste jaren een enorme bekommernis gegroeid omtrent enkele gevolge van de neoliberale gevolgen inzake democratie, burgerschap, publieke dienstverlening etc. Het gaat om de thema's die de jongste jaren voornamelijk door de andersglobaliseringsbeweging werden behandeld. Maar ook een aantal bekommernissen van de witte beweging van de tweede helft van de jaren 90 kan je erbij rekenen. De participatieve democratie, naar het model van Porto Alegre, de bewegingen voor een democratische raadpleging rond de Europese grondwet, de inspanningen voor de Tobintaks, als antwoord op de afbouw van de sociale herverdeling onder het neoliberalisme, de ontmanteling van openbare diensten in het kader van de GATS en Bolkestein… het zijn thema's die de jongste jaren ook in België vele mensen in beweging wisten te zetten en zelfs tot nieuwe allianties leidden tussen sociale bewegingen en vakbonden. Opvallend is dat ook rond deze thema's de bewegingen haast zonder uitzondering botsten met de muur van de macht. De strijd van en voor mensen zonder papieren neemt hierin een speciale plaats in. Sinds de oprichting van de gesloten centra en de opstarting van de gedwongen uitwijzingen, zien we in ons land met ups en downs sterke bewegingen ontstaan rond dit thema; van de comités tegen uitwijzingen tot UDEP en de recente betogingen in Antwerpen en Brussel. De problematiek van de mensen zonder papieren houdt rechtstreeks verband met de neoliberale globalisering en de politiek van de opeenvolgende Belgische regeringen houdt een sterk gevaar in voor de burgerlijke vrijheden. Geen thema bleef zo sterk politiek onbeantwoord als het thema van de mensen zonder papieren. Het is dan ook voor de SAP uitermate belangrijk dat de initiatieven in beide delen van het land linken leggen naar deze verschillende bewegingen.

11. In gans Europa stellen we vast dat er binnen de linkerzijde een tegenstelling bestaat tussen een sociaal-liberale linkerzijde en een antineoliberale. Aan de één kant staan de partijen die bereid zijn om in regeringen te zetelen die volledig werken binnen het neoliberale kader van de Europese Unie. Deze partijen van links werken op die manier mee aan de ontmanteling van de sociale zekerheid, de privatisering van openbare diensten, de oprukkende commercialisering van de ganse samenleving en omgekeerde herverdeling van rijkdom ten gunste van de rijksten. Zowat in gans Europa staan er daartegenover partijen die zich verzetten tegen die neoliberale politiek en die een politiek van sociale herverdeling voorstaan. Tot dat laatste kamp behoren zowel antikapitalistische partijen (zoals Links Blok, Rood-Groene Alliantie, LCR, Scottish Socialist Party…) als antineoliberale partijen (Linkspartei, SP-Nederland, Respect…). Maar zelfs die antikapitalistische partijen breken door op basis van het verzet tegen de neoliberale politiek en een alternatief programma gericht op jobs, sociale zekerheid, herverdeling, openbare diensten etc. De SAP vindt dat de beide initiatieven in België zich moeten richten tot alle mensen die de neoliberale politiek afkeuren en opkomen voor een andere, sociale politiek. De discussies over antikapitalisme of antineoliberalisme mogen daarbij niet verstarrend werken. Hoe zo’n nieuwe politieke kracht in een verdere fase haar programma precies zal definiëren, moet duidelijk worden tijdens de verdere ontwikkeling ervan.

12. De SAP zal zich in de komende maanden actief inschakelen in beide initiatieven. We mobiliseren onze militanten om deze initiatieven kenbaar te maken en mee te werken aan concrete campagnes en activiteiten. Ook in Rood en La gauche en op de website maken we voldoende ruimte vrij voor deze initiatieven. De leiding van de SAP zal op basis van deze resolutie een publieke verklaring uitwerken die na afloop van het congres zal verspreid worden. De SAP herbevestigt daarnaast verder het noodzakelijke te zullen ondernemen om de eigen krachten opnieuw te ontwikkelen, net zoals de LCR in Frankrijk zich heeft kunnen opbouwen met haar eigen stijl en militantisme.

Naar boven