Het marxisme heeft nood aan een ecologische kuur PDF Print Email
Geschreven door Daniel Tanuro op maandag, 09 januari 2006

We hebben in deze rubriek al een paar keer gewezen op het feit dat het marxisme 'geëcologiseerd' moet worden. Wat we daaronder precies moeten verstaan wil ik hier belichten.

Een 'ecologisering' van het marxisme houdt niet in dat we de term 'ecologisch' toevoegen aan de reeks woorden waarmee ons maatschappelijk project geacht wordt schoner te gaan schijnen. 'Democratisch socialisme op wereldvlak' - iedereen weet wat dat wil zeggen. 'Ecologisch socialisme' daarentegen zegt helemaal niets. Hetzelfde geldt voor de termen 'crisis', 'Europa' en dies meer. Wat is dat eigenlijk, 'ecologische crisis'? En wat is een 'ecologisch Europa'? En het feminisme waarvoor wij opkomen, moet dat ook 'ecologisch' zijn?

Een ecologisering van het marxisme houdt in dat we verzaken aan een bepaalde ambitie om de totaliteit te willen omvatten. Vermits de mensheid deel uitmaakt van de natuur waarmee ze betrekkingen onderhoudt, die sterk verschillen van de relaties tussen de andere levende soorten en de natuur, en vermits bijgevolg de mens- en natuurwetenschappen methodologisch van elkaar verschillen ... moeten we toegeven dat het marxisme niet op alle vragen een antwoord heeft. U vindt dat vanzelfsprekend? Wel, dat valt te bezien. Vermits de verhouding van de mensheid tot het milieu 'maatschappelijk wordt bepaald' (en verschilt naargelang de productiewijze), trekken sommige marxisten daaruit de conclusie dat elke overpeinzing m.b.t het milieu automatisch deel uitmaakt van hun kritiek op het kapitalisme. Zo krijg je het karikaturaal gedrag van uiterst links dat in zijn diverse varianten al dertig jaar lang het hoofd biedt aan de milieuactivisten: "Ja, maar we moeten het kapitalisme bevechten". Laten we ons de vraag stellen waarom dit vermanende vingertje geen zoden aan de dijk heeft gebracht, ondanks het groeiende geklungel van de Groenen.

Het marxisme stelt zich voor als het inzicht in de 'concrete totaliteit'. Deze totaliteit nu is maatschappelijk, dus gedeeltelijk, want ze is een onderdeel van de natuur. De natuur verleent aan de milieu-activisten en aan de milieudeskundigen geenszins het 'recht' om de mensen in naam van 'de Wetenschap' bepaalde sociale keuzes op te leggen. Maar zij legt hen die zich inzetten voor een maatschappelijk project de verplichting op om hun totaliserende pretentie (op zijn minst) te beperken tot het gebied waarop zij bevoegd zijn, en de biosfeer in zijn totaliteit valt daar namelijk buiten. Om het met een boutade duidelijk te maken: we hebben geprobeerd om de ecologie marxistisch te maken, terwijl een stuk van de ecologie nu eenmaal niet 'gemarxiseerd' kán worden. Integendeel, wijzelf moeten worden geëcologiseerd, en dat houdt dus ten tweede in dat we ons een ecologisch bewustzijn moeten eigen maken (kennis van de natuurlijke kringlopen, van de geschiedenis van het milieu, etc.). Zodoende zal ons maatschappelijk project aan kracht winnen en zullen we het debat met de Groenen kunnen voeren op hun eigen terrein.

Bewustzijn houdt actie in. Het marxisme ecologiseren betekent ten derde steun verlenen aan de milieuacties en milieueisen, ook al houden die geen enkele antikapitalistische dynamiek in, ook al hebben ze geen directe band met de maatschappelijke sfeer. Zo moeten we bijvoorbeeld de wilde beren beschermen, want we zijn voor de bescherming van de biodiversiteit. De versnelde achteruitgang ervan bedreigt de stabiliteit en het aanpassingsvermogen van de ecosystemen. Je kan terecht stellen dat kapitalisme de grote verantwoordelijke is voor de achteruitgang van die diversiteit. Maar het zou belachelijk zijn om de beren te willen beschermen in naam van het socialisme... en het zou niet netjes zijn om de beren aan hun droevig lot over te laten met als voorwendsel dat dit gevecht geen onmiddellijke antikapitalistische propaganda oplevert.

Maar de belangrijkste uitdaging waar we voor staan is de ecologisering van onze praktijk op ons eigen traditionele terrein. Ondanks alle gewauwel over de verdwijning van het proletariaat blijft de klasse van hen die in loondienst werken het fundamentele subject van de noodzakelijke socialistische omvorming van de samenleving. Dat deze klasse niet gemakkelijk bewust kan worden gemaakt van haar historische rol is een zachte manier om het probleem te stellen. De moeilijkheid ervan blijkt uit het feit dat de 'werknemers' - en de armen in het algemeen - dikwijls de milieueisen ontkennen of er zich tegen verzetten in naam van de tewerkstelling, van hun sociale verworvenheden, ja zelfs van hun overlevingskansen, en dit ondanks het feit dat zij de voornaamste slachtoffers zijn van de verloedering van het milieu. Bij de loontrekkenden vloeit dit gedrag natuurlijk voort uit het feit dat zij hun arbeidskracht moeten verkopen aan een baas, en het is de baas en hij alleen die bepaalt wat er geproduceerd wordt en hoe. Het is duidelijk dat deze vorm van zelfverminking het socialistisch alternatief verzwakt, want 1) hij leidt tot nauwere klassensamenwerking met de 'werkgevers' en 2) hij verzwakt het algemene politieke klassebewustzijn van de loontrekkenden. Dit is het vierde en laatste hoogbelangrijke aspect van de ecologisering van het marxisme: het verspreiden en verdiepen van het ecologische bewustzijn in de rangen van de werkende klasse. Dit is van beslissend belang en er wacht ons een zware taak. Ze vertoont enige analogieën met de 'ecologie van de armen' in de Derde Wereld, maar ze heeft ook haar specifieke kenmerken. Daarover een andere keer.

Naar boven