Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

"Alleen gekken zijn niet bang" - Semira Adamu en het Collectief tegen uitwijzingen PDF Print Email
Geschreven door Daniel Liebmann op maandag, 15 maart 2004

Na vijf jaar van procedures, politiefichage en verschillende intimidaties, hebben de rechtbanken van de Belgische burgerij uiteindelijk hun verdict uitgesproken over de twee zaken die de minister van Binnenlandse zaken Louis Tobback in 1998 verplichtten ontslag te nemen: de directe acties van het Collectief tegen de Uitwijzingen rond de detentiecentra van mensen zonder papieren, en de moord op een jonge rebelse vrouw uit Afrika, Semira Adamu.

De uitspraken zijn schokkend. Maar ze hoeven ons niet te verbazen: ze zijn de rechterlijke vertaling van een onbuigzame uitzettingspolitiek, gebaseerd op minachting en geweld, alsook van de ijzeren wil om groepen die de stem van de uitgeprocedeerden willen doen weerklinken te fnuiken.

Voeg daar een vleugje hypocrisie aan toe, typisch voor het "compromis op zijn Belgisch", en alle ingrediënten nodig voor de bereiding van onze nationale specialiteit waarvoor de hele wereld ons benijdt, nl. Waterzooi, liggen klaar op het aanrecht. Het gaat om een oude wijze om braadkippen te bereiden, waarbij men het zaakje lange tijd laat stoven.

De lach van de gendarm

Het proces van de federale politieagenten stond op het voorplan in de media, met beelden van de misdaad die werden gemaakt door de moordenaars zelf. De bewuste film bestaat uit drie scènes. Eerst zien we Semira Adamu, met de handen en voeten vastgebonden, met kleine passen voortschrompelen in een verlaten gang van de luchthaven van Brussel-nationaal, omgeven door gespierde flikken. Dat is dagelijkse kost bij "repatriëringen onder escorte", dagelijks georganiseerd door het ministerie van Binnenlandse Zaken. Eerste onderbreking van de cassette. De beelden tonen vervolgens de jonge vrouw gezeten in het vliegtuig, een flik aan haar linkerzijde, een andere rechts van haar. Ze zingt zachtjes, haar stem is nauwelijks hoorbaar boven de bulderende muzak van de luidsprekers op het vliegtuig. De drie personages bewegen niet, behalve op het moment waarop één van de mannen begint te friemelen aan een klein wit kussentje. Tweede onderbreking in de cassette.

Derde scène. De stem van Semira Adamu is verstomd, we horen nog slechts de muzak en enkele commentaren van de doders. Ze halen reisherinneringen op. "Met de arm-steun zo geplaatst, hebben we er de vorige keer eentje gehad met gebroken ribben", zeggen ze. Ze melden ook dat het begint te stinken, en ze besprenkelen de zetel met enkele druppels eau de Cologne. Enkel zij hebben nog een gezicht. Het beeld is op zo'n wijze gemaakt dat we drie mannen zien die met al hun gewicht op iets duwen. De scène duurt bijzonder lang. Op een gegeven moment werpt één van de mannen een blik in de camera: hij lacht.

Volgens de wetsdokter volstond de obstructie van de luchtwegen van het slachtoffer door de zogenaamde "kussenmethode" (een procedure voorzien door een omzendbrief ondertekend door de vorige minister van Binnenlandse Zaken, de sociaal-democraat Johan Vande Lanotte, en bedoeld om de gendarmes te beschermen tegen beten) om haar dood te veroorzaken.

Maar andere factoren hebben een even belangrijke rol gespeeld: het dubbelplooien van haar lichaam, de rugsteun in het midden van de borstkas en een druk van ongeveer 100 kilo op haar rug. Nog altijd volgens de wetsdokter was de geur waarop de doders reageerden met parfum veroorzaakt door de ontlasting van het slachtoffer: dat was het teken van haar coma. Die is niet onmiddellijk onomkeerbaar; maar het handhaven van de druk maakte ze onomkeerbaar.

Tijdens de audiëntie barstte de federale politieagent Pippeleers (die lachte tijdens de moord) in tranen uit. Niet omdat hij zijn daden betreurde, maar omdat zijn carrière gebroken was, zei hij. Inderdaad heeft hij niet langer de mogelijkheid om op de luchthaven te werken, hoewel hij, zo voegde hij er tussen de tranen door aan toe, houdt van Afrika en van contacten met mensen met een andere huidskleur.

Pippeleers is een recidivist: een collega had al eerder klacht ingediend tegen hem voor het aftuigen van een Marokkaan tijdens een gedwongen uitwijzing. De rechtbank sprak voorwaardelijke gevangenisstraffen uit, voor "onvrijwillige slagen en verwondingen met de dood tot gevolg zonder de bedoeling te doden". In zijn commentaar op het vonnis drukte één van de advocaten van de moordenaars zijn genoegdoening uit: de kwalificatie "onvrijwillig" is in zijn ogen een overwinning. De advocate had gelijk, dit oordeel is een overwinning voor de professionals van het racistisch geweld. Tussendoor vermeldde de rechtbank ook de verantwoordelijkheid van het Collectief tegen de Uitwijzingen. Wij zouden een invloed hebben uitgeoefend op het slachtoffer, haar hebben aangezet om te rebelleren. Het onderzoeksdossier bevat nochtans een sleutelstuk: het dagboek van Semira Adamu. Ze schrijft er: "Het Collectief raadde me aan rustig te blijven in het vliegtuig. Ik heb beslist die raad te volgen". Wat de heren rechters er ook van zeggen, dat is de waarheid: voordat de flikken haar doodden, zong ze. De uiterste vorm van rebellie.

Doorlopen, er is niets te zien

Dit verdict, dat zeer welwillend is tegenover de vertegenwoordigers van de Wet en van de Orde, is niet het resultaat van een "disfunctionering". Die functionarissen hebben het werk gedaan waarvoor ze aangenomen en gevormd werden door de Staat. Ze hebben zich aan hun taak gewijd met een beetje meer ijver dan het syndicale minimum vereist. Ze werden gekneed door een ideologie waarvan de meest banale uitdrukking de foute evidentie is die stelt dat we niet al de ellende van de wereld op onze schouders kunnen torsen. Het onvermijdelijke gevolg daarvan is een administratieve, penitentiaire en politiemachine, begiftigd met materiële en menselijke middelen en volledig gewijd aan uitwijzingen. With all means necessary.

Het Collectief tegen de Uitwijzingen heeft gepoogd deze machine te blokkeren, door er zandkorrels in te strooien. En dat in volle bewustzijn van de juridische realiteit: de barba-rij behoort tot het wettelijke, ongehoorzaamheid is strafbaar. Op die manier werden militanten veroordeeld tot voorwaardelijke gevangenisstraffen voor "kwaadwillige belemmering van het verkeer" omdat ze poogden de uitwijzing te verhinderen van een zeventienjarige Somalische jongen met tuberculose die asiel vroeg in dit land, door een keten te vormen rond een wagen van de Dienst Vreemdelingenzaken.

Volgens de correctionele rechtbank van Brussel zijn de acties van het Collectief tegen de Uitwijzingen "edelmoedig", maar verdienen ze gestraft te worden want "legitiem verzet toe-staan tegen een illegitieme actie van de publieke macht" (onze eis, die ook gesteund werd door de Liga voor de mensenrechten) zou een "gevaarlijk precedent" vormen en een "juridische onzekerheid" creëren. Dank zij dit vonnis, hebben we die onzekerheid vermeden. Oef, bijna besloop ons de angst!

Naar boven