Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Waarom mislukte de klimaattop in Rio? PDF Print Email
Geschreven door Martin Empson, vanuit Rio de Janeiro op zaterdag, 07 juli 2012
De VN-conferentie voor Duurzame Ontwikkeling eindigde in een totale mislukking. De slotverklaring van de conferentie, optimistisch getiteld. De toekomst die we willen, is een kale opsomming van dooddoeners. We staan voor enorme milieuproblemen, maar het antwoord van de Rio+20 is niets anders dan gebakken lucht: geen tijdpad voor actie, en geen duidelijke toezeggingen.

In plaats daarvan spraken de ondertekenaard weer hun steun uit voor "groei" en oplossingen als "het mobiliseren van financien vanuit verschillende bronnen, publiek en privaat ... inclusief innovatieve financieringsbronnen".

Dit leidt nu al tot demoralisatie onder sommige activisten. De Britse activist George Monbiot, die al jaren actief is rondom het klimaat, zegt dat de internationale onderhandelingen nu vrijwel zinloos zijn geworden. Volgens hem moeten we zulke internationale afspraken links laten liggen en vechten om te behouden wat we kunnen, waar we kunnen. "Opnieuw verwilderen, het massale herstel van ecosystemen, biedt de beste hoop op toevluchtsoorden voor de natuur."

Dit lijkt erg op de film Silent Running uit 1972, die een toekomst liet zien waarin de laatst overgebleven planten in koepels werden bewaard, die in een baan draaiden rondom een kale aarde. Dat is niet bepaald een aantrekkelijke visie op de toekomst.

Monbiot zoekt de oorzaak van het probleem terecht bij regeringen die liever geld uitgeven aan oorlogen en het redden van de banken, dan aan het redden van de aarde. Maar dit zou geen nieuws moeten zijn.

Twintig jaar

Toen de eerste klimaattop twintig jaar geleden bijeen kwam, was er een heleboel publiciteit en hoop op gericht. Regeringsleiders haastten zich naar Brazilie zodat mensen zouden zien dat zij de planeet redden. In die tijd was er veel aandacht voor milieuproblemen: de kernreactor in Tsjernobyl was een paar jaar eerder ontploft, de ozonlaag en het broeikaseffect waren begrippen die algemeen bekend begonnen te worden. Milieugroepen en groene partijen groeiden omdat mensen zich zorgen maakten om wat er met de planeet gebeurde.

Maar sinds 1992 is de situatie verslechterd. Duizenden soorten zijn uitgestorven, de uitstoot van broeikasgassen door energieverbruik is met 48% toegenomen, het zomerijs rond de noordpool is met drie miljoen vierkante kilometer afgenomen en 31 miljoen hectare Braziliaans regenwoud is vernietigd.

In augustus 1992 zei David Treece al dat "de top in Rio liet zien dat we er niet op kunnen vertrouwen dat degenen die hypocriet spreken van "onze gemeenschappelijke toekomst", terwijl ze meewerken aan een marktsysteem van uitbuiting en vernietiging, de omstandigheden zullen aanpakken die ons welzijn en overleven bedreigen."

Die vroege voorspelling bleek helemaal juist te zijn. Sinds Rio '92 zijn regeringen in de hele wereld juist een meer neoliberale koers gaan varen. Daardoor hebben ze milieumaatregelen juist ondermijnd of geblokkeerd.

Op de klimaattop in Kopenhagen in 2009 bleken de bezorgde delegaties niet in staat om het eens te worden over actie om de klimaatverandering tegen te gaan. Die bijeenkomst vond plaats te midden van een enorme mobilisatie door milieugroepen, vakbonden en activisten. De mislukking zorgde bij velen tot demoralisatie. Sindsdien zijn veel klimaatcampagnes wereldwijd in de verdediging gedrongen. Ook politici zagen het debacle van Kopenhagen en, wanhopig om een herhaling te voorkomen stelden de Braziliaanse gastheren een concepttekst op die voor iedereen acceptabel was. Elke vorm van controverse werd vooraf al voorkomen. Deze tekst stond vol met mooie woorden, maar er is veel meer nodig dan dat.

Groene economie

Een van de belangrijke thema's van de VN-conferentie was de "groene economie". Dat klinkt prachtig, maar kan van alles betekenen. Voor activisten klinkt het als het startsein om de economie opnieuw in te richten. Voor regeringen betekent dit een poging tot het vergroenen van de bestaand economie, een groen tintje voor de bestaande industrie en het creeren van een paar 'groene banen'.

Een aanwijzing hiervoor was de manier waarop de VN-conferentie rond grote bedrijven draaide. De borden op het vliegveld die de bezoekers naar Brazilie welkom heette stonden vol met de logo's van de sponsors. Bezoekers werden onthaald op toespraken van vertegenwoordigers van multinationals met een 'onberispelijke' staat van dienst op milieugebied zoals Pepsi, Union Carbide, Shell, BP en Nestle. Meer dan duizend bedrijven waren op de conferentie vertegenwoordigd.

Een andere aanwijzing is de houding van de Britse regering. Vicepremier Nick Clegg kwam naar Rio met een stapel beloften onder de arm. Zijn regering wil de natuur verder privatiseren. Het idee dat aan de hele natuurlijke wereld - bomen, parken, bossen en landschappen - een prijskaartje gehangen kan worden, staat centraal in de benadering van "natuurlijk kapitaal". Onlangs wist Caroline Spelman, de Britse minister voor milieu, ons te vertellen dat de sociale en economische waarde van een boom in stedelijk gebied 38.000 pond is. Groot-Brittannie wil dat landen de waarde van hun natuurlijke hulpbronnen inventariseren. Als de marktwaarde van de wereld bepaald is, kan die verhandeld worden.

Zulke marktoplossingen vormen al decennia de kern van het milieubeleid. Toen Nicolas Stern, de lievelingseconoom van Tony Blair, een rapport schreef over de economische effecten van klimaatverandering, veroordeelde hij het feit dat de "vrije markt" niet de kans had gehad om de crisis op te lossen. Tijdens Rio+20 en de klimaatconferenties in Kopenhagen, Cancun en Durban hebben we gezien hoe regeringen proberen om die kansen te creeren voor bedrijven.

Het is geen verrassing dat er buiten de conferentie een enorm cynisme was over het VN-evenement. Activisten die bijeen kwamen voor de Volksconferentie (People's Summit) twijfelden er meestal niet aan dat de uitkomst van Rio+20 niets anders zou zijn dan een groen verfje. In het prachtige Flamencopark namen ongeveer 15.000 activisten deel aan honderden bijeenkomsten en debatten over een alternatief. Mensen die hadden deelgenomen aan gebeurtenissen als de Sociale Forums, Genua 2001 of de conferentie in Cochabamba werden weer herinnerd aan de hoogtepunten van de antikapitalistische beweging. Niet in het minst door de kritiek op het kapitalisme die veel activisten deelden.

Maar er waren ook problemen. Op de woensdag deden ongeveer 50.000 mensen mee aan een enorme demonstratie die opriep tot echte actie voor duurzaamheid. Deze demonstratie bestond vooral uit de vakbeweging en grote organisaties van landarbeiders, landloze boeren en inheemse volkeren. Voor socialisten die geloven dat massale actie door de producenten van de wereld nodig is om het kapitalisme te stoppen was dit een hoogtepunt van de week. Maar deze mensen deden niet in grote getale mee aan het Volksconferentie. De alternatieve conferentie slaagde er dus niet in om degenen die tegen het systeem vechten samen te brengen met degenen die voor een beter milieu vechten.

Notendop

De Braziliaanse politiek laat dit in een notendop zien. Tijdens de conferentie hadden inheemse volkeren de locatie van de Belo Monte stuwdam bezet. Eerder dat jaar staakten arbeiders op de bouwplaats voor "gratis vliegreizen, toestemming om eens per drie maanden naar huis te gaan in plaats van elk half jaar en voedselbonnen waar je meer voor kon kopen".

De Braziliaanse regering heeft net toestemming gegeven voor de nieuwe Boswet, die nog meer van het tropisch regenwoud openstelt voor kaalslag door multinationals. De wet geeft zelfs amnestie aan bedrijven die decennialang illegaal hout hakten. Op dit moment zijn arbeiders aan de Braziliaanse universiteiten in hongerstaking. Veel van hen deden mee aan de demonstratie tijdens Rio+20.

Dit zijn vraagstukken die inheemse volkeren, landloze boeren en vakbondsmensen verbinden. De alternatieve Volksconferentie had deze bewegingen moeten samenbrengen om alternatieve strategieen te bespreken.

Een van de taken van links is om deze verschillende gevechten te bundelen. In de context van een groeiende wereldwijde economische crisis en de toenemende dreiging van een milieuramp zullen socialistische argumenten dat regeringen "klimaatbanen" moeten scheppen om zowel de werkloosheid als milieuproblemen op te lossen veel weerklank vinden. Zo'n strategie is een manier om het debat te openen over wat voor soort economie we nodig hebben,en hoe we die voor elkaar krijgen. Een tussentijdse eis, zoals '"klimaatbanen", kan een brug slaan naar revolutionaire politiek. Helaas waren er te weinig socialisten in Rio die deze dwarsverbanden legden.

Het gevaar is dat het cynisme en demoralisatie die intraden na de conferentie van Kopenhagen zich verdiept na Rio+20. Maar dat hoeft niet automatisch zo te zijn. Veel van de mensen op het Volksconferentie verbonden de strijd voor de planeet met de strijd tegen het kapitalisme.

Als deze politieke conclusies gedeeld worden en er contact wordt gelegd met mensen die terugvechten tegen de gevolgen van de economische crisis, kan dit het begin zijn van een krachtige beweging. Bij de demonstratie van vorige week droeg de beweging van landloze boeren, de MST, waarvan duizenden leden meededen, een spandoek met de tekst "wij verwerpen de valse oplossingen van groen kapitalisme". Het is een krachtige leus voor een beweging die steeds meer het kapitalisme moet uitdagen als we een milieuramp willen voorkomen.

 

Dit artikel verscheen eerder op socialisme.nu

 

 

Naar boven