Grote nederlaag voor de linkerzijde in Italiaanse verkiezingen PDF Print Email
Geschreven door M. Lievens op woensdag, 16 april 2008
De Italiaanse verkiezingen van afgelopen weekend betekenen een aardverschuiving in de Italiaanse politiek:  Berlusconi is opnieuw aan de macht, de uiterst rechtse Lega Nord won fel, maar vooral: voor het eerst sinds vele jaren is geen enkele socialist, communist of ecologist in het Italiaanse parlement verkozen. De Democratische Partij van voormalig burgemeester van Rome Walter Veltroni moest de duimen leggen voor Berlusconi. Deze partij spiegelde zich in zijn campagne volledig aan de democraten in de VS, en vooral aan Obama, wiens beeltenis zelfs werd gebruikt in campagnespots.

De Italiaanse communistische partij lijkt nu zijn zwanenzang te kennen: van de historische PCI, die ooit meer dan een derde van de stemmen haalde, blijft bijna niets meer over. Na de val van de muur was de partij al uiteengevallen. Een minderheid hergroepeerde zich echter, samen met radicaal-linkse groepen zoals ook de Italiaanse afdeling van de Vierde Internationale (Bandiera Rossa), in de Partito della Rifondazione Comunista (PRC). Deze partij oscilleerde voortdurend tussen een radicalere lijn en een oriëntatie op de instituties en de regering. Toen begin de jaren 2000 de PRC het stalinisme afzwoer en zich fel richtte op de sociale strijd en het andersglobalisme, had de partij de wind in de zeilen. Op dat moment zat Bandiera Rossa op de lijn van de meerderheid van de PRC rond boegbeeld Bertinotti. Deze laatste wendde echter het steven in de richting van regeringsdeelname na een mislukt referendum voor betere arbeidscontracten. De PRC liet zijn programma varen om samen met eerste minister Prodi in zee te kunnen. De Italiaanse zusterorganisatie van de SAP had tot voor kort één senator en één volksvertegenwoordiger, verkozen op lijsten van de PRC. Zij weigerden mee te stemmen met de politiek van de regering, die onder andere soldaten stuurde naar Afghanistan, en werden daarom uit de PRC gezet.

De PRC is nu zwaar afgestraft voor haar regeringsdeelname. Vroeger haalde de partij gemakkelijk 6 à 7 procent, nu haalt ze in alliantie met de groenen en de PcdI slechts een goeie 3 %, veel te weinig om verkozenen te halen. Ook in Frankrijk zien we hoe de PCF haar regeringsdeelname duur betaalt: tijdens de laatste presidentsverkiezingen haalde de partij nog 2 %, minder dan de helft van de LCR, die oproept voor een nieuwe partij met een programma dat duidelijk breekt met de neoliberale of sociaal-liberale regeringspolitiek. Waar in Frankrijk de LCR veel van de ontevredenheid verzamelt in een nieuw links project, is in Italië de nederlaag er echter één van de hele linkerzijde. Ook linkse lijsten die het historische programma van de PRC trachtten te belichamen, tegen de verrechtsing van de partij in, haalden slechte scores.

Zo haalde Sinistra Critica, een linkervleugel rond de Italiaanse kameraden van de Vierde die brak met de PRC, slechts 0,46 % voor de kamer en 0,42 % voor de senaat. De bedoeling van Sinistra Critica is niet een nieuwe partij te worden, maar samen met andere krachten te bouwen aan iets nieuws. “Als we erin geslaagd waren één lijst te maken met de PCL van Ferrando (een andere linkse groep die vroeger al had gebroken met de PRC en 0,55 % haalt) was de uitgangspositie om aan iets nieuws te bouwen sterker geweest”, stelde Flavia d’Angeli, woordvoerster van Sinistra Critica. In elk geval kondigt zich nu een moeilijk proces aan van de totale heropbouw van de linkerzijde. Voor Sinistra Critica zijn er enkele lokale opstekers met onder andere 6,7 % in Casoria. “Dit is de epiloog van de nederlaag van 1989”, stelde Flavia. Waar Occhetto toen niet in is geslaagd, is door Bertinotti wel klaargespeeld: het kapot maken van een strijdbare linkerzijde. Vandaag is een nieuw constituerend proces nodig, aldus Flavia, om de antikapitalistische linkerzijde opnieuw op te bouwen.

Ook bij de Partij van de Europese Linkerzijde, waarvan de PRC één van de protagonisten was, zal deze verkiezingsuitslag zwaar aankomen. In elk geval houdt ze een duidelijke waarschuwing in aan partijen zoals de Duitse Die Linke of de Nederlandse SP, die bereid lijken om in sociaal-liberale regeringen te stappen.

Naar boven