Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

SP-Nederland: “Alleen in de regering als we echt iets kunnen veranderen” PDF Print Email
Geschreven door Grenzeloos, Leo de Kleijn op donderdag, 06 september 2012
Na zes jaar voor de SP in de gemeenteraad van Rotterdam, waarvan twee jaar als fractievoorzitter, is Leo de Kleijn nu kandidaat voor de Tweede Kamer. Hij staat als nummer 19 op de lijst van de SP. Onze Nederlandse vrienden van Grenzeloos spraken met hem over zijn motieven voor deze keuze, de ervaringen in Rotterdam, plannen in den Haag en mogelijke regeringsdeelname van de SP.

Heb je het na zes jaar in de gemeenteraad van Rotterdam daar nu wel gezien

”Nee, nee, absoluut niet. Ik was graag in Rotterdam door gegaan, hoewel ik het ook zie zitten om naar Den Haag te gaan. De beslissing van mijn kandidatuur voor de Tweede Kamer is geen persoonlijke keuze. Het is het resultaat van de discussie die we in de SP Rotterdam hebben gevoerd. De afgelopen jaren heeft de SP Rotterdam op verschillende punten aangedrongen op een verscherping of bijstelling van standpunten van de partij. Nu er tussentijdse verkiezingen zijn is het logisch om te kijken wat we eraan kunnen doen om die voorstellen ook in de praktijk te brengen, ook op het niveau van de Tweede Kamerfractie. Dat heeft er toe geleid dat we vanuit Rotterdam twee kandidaten hebben voorgesteld. Dat zijn Ike Teuling die op nummer 20 staat en ik.”

Wat zijn die voorstellen vanuit de Rotterdamse SP-afdeling?

”Dat zijn een aantal punten die naar ons gevoel met elkaar samen hangen. Voor een deel gaat het om wat je zou kunnen noemen de grootstedelijke problematiek en dan met name zaken die te maken hebben met migratie, integratie, racisme en alles wat daar mee samenhangt. Je moet niet vergeten dat de SP in eerste instantie vooral geworteld was in Brabant en Limburg. Nu we ook in de grote steden zijn doorgebroken blijkt dat mensen daar over dat soort zaken vaak een andere mening hebben dan gebruikelijk was in de SP. Wij hebben daar duidelijke standpunten over ingenomen en zijn op die punten in Rotterdam ook actief geweest.

Als je kijkt wat in een stad als Rotterdam de gewone mensen zijn, wat de arbeidersklasse daar is, dan zijn dat in overgrote meerderheid niet meer de autochtone mannen en vrouwen, de Henks en Ingrid’s, maar mensen met een achtergrond in 150 verschillende nationaliteiten, met zeer diverse culturele achtergronden. Er is nog geen directe band van de SP met die groepen. Die band kan je alleen maar opbouwen met een bewuste politiek en met een bewuste inspanning om die verschillende groepen bij de activiteiten van de partij te betrekken. En door zelf als partij ook te verkleuren. Ook in Rotterdam zijn we daar nog lang niet in geslaagd, maar we hebben er wel ervaring mee opgedaan. We zijn bijvoorbeeld actief geweest rond het ‘AOW gat’ waar juist migranten door getroffen worden. Dergelijke ervaringen moeten we verder uitbouwen in de hele partij. En daarom vinden we vanuit Rotterdam dat we ook in de Tweede Kamer onze verantwoordelijkheid moeten nemen.”
‘”Dat geldt ook voor andere punten’, gaat Leo verder. ‘Wij hebben er altijd op gehamerd dat de SP ook veel meer een milieupartij moet zijn en alternatieven aan moet geven voor de ecologische- en klimaat crisis. Daarom hebben we Ike Teuling, die nu bij Greenpeace werkt en daar hele duidelijke en hele radicale standpunten over heeft, gevraagd om zich kandidaat te stellen “

Democratisering van de economie

”Wat misschien nog wel het meest cruciale punt is dat wij in de partijdiscussie naar voren hebben gebracht”, vervolgt Leo enthousiast, “is alles wat te maken heeft met het thema economische democratie of democratisering van de economie. Dat is cruciaal. Als je nu de economische crisis en de schuldencrisis in Europa ziet, dan is steeds de vraag ‘wat hebben wij daar over te zeggen, in wiens belang gebeurt dat allemaal?” Die discussie hebben wij vanuit Rotterdam centraal gezet de afgelopen jaren. Op twee SP congressen zijn daar amendementen en moties over aangenomen met de boodschap dat dit een belangrijke discussie voor de hele partij is, dat we dat verder moeten uitwerken en dat we als SP daar een goed programma op moeten hebben. Helaas moeten we constateren dat dit onvoldoende van de grond gekomen is. Ik denk dat dit met een aantal dingen te maken heeft. In de eerste plaats is dat niet zo’n makkelijke discussie. Maar wat misschien nog belangrijker is: een dergelijke discussie gaat voorbij aan de waan van de dag. Het gaat verder dan waar het in de Tweede Kamer of in de media normaal over gaat. Het gaat over wat er echt mis is in de maatschappij, het gaat verder dan plannen voor de komende jaren.

Toch is die discussie belangrijk en er zijn heel veel actieve leden van de SP die zien dat dit een cruciale discussie is. Dat is ook de reden dat de moties daarover op het congres aangenomen zijn. Tegelijkertijd is het niet een discussie die heel breed in de maatschappij leeft. In bijvoorbeeld de vakbeweging en andere sociale bewegingen wordt er – in tegenstelling tot bijvoorbeeld de jaren zeventig – nu nauwelijks over dit soort thema’s gediscussieerd. Dat is natuurlijk geen reden om het dan als SP ook maar niet te doen.

Wat betreft de gevolgen van de crisis staan we zeker in Nederland pas aan het begin. De komende periode zullen de gevolgen van de crisis pas echt gevoeld worden. Er is, ook binnen de SP, een neiging om de gevolgen en de diepgang van de crisis te onderschatten, om het als een tijdelijke dip te zien. Dat is een gevaarlijke onderschatting. De noodzaak van een discussie over alternatieven zal de komende tijd steeds meer nodig zijn en hoe eerder we daar als SP mee beginnen, hoe beter we op de toekomst zijn voorbereid. Het is duidelijk dat dit niet een kwestie is van een deskundige vragen daar even een nota over te schrijven, maar dat het echt een discussie in de hele partij moet zijn.”

Er wordt nu tijdens de verkiezingscampagne door de SP een grote nadruk gelegd op mogelijke regeringsdeelname. Wat is jouw opvatting daarover?

”Dat was een centraal punt in de inbreng vanuit Rotterdam en de regio Zuid Holland op de laatste twee SP congressen. Ons uitgangspunt is dat er een werkelijke breuk moet komen met het neoliberale beleid in Europa en in Nederland. Wat wij daarbij naar voren hebben gebracht is dat het er niet simpelweg om gaat om een zo groot mogelijke fractie in de Tweede Kamer te hebben, maar dat een dergelijke breuk alleen kan als er ook voldoende maatschappelijke druk is vanuit sociale bewegingen: de vakbewegingen, bewonersorganisaties, de milieubeweging en dergelijke. In de SP wordt er algemeen van uit gegaan dat het niet alleen maar gaat om de fracties en het parlement maar ook om de actie. Maar in de praktijk wordt de actie toch vaak gezien als een manier om het werk in parlementaire- en bestuurlijke organen te ondersteunen en niet als onderdeel van maatschappelijke machtsvorming. Dat is iets wat keihard als een boemerang in je gezicht belandt op het moment dat je gevangen wordt in een regeringssysteem. In plaats van over de eventuele mogelijkheid van een kabinet Roemer, zou de discussie vooral moeten gaan over de vraag hoe de SP de partij kan worden die het initiatief neemt in het maatschappelijke verzet en die bijdraagt aan het opbouwen van sociale bewegingen.

Zonder die maatschappelijke tegenkracht kan deelname aan het bestuur alleen maar op een fiasco uitlopen. Er kan alleen maar een breuk met het huidige beleid komen als daar meer achter staat dan alleen maar voldoende stemmen voor een parlement. De tegenstand is natuurlijk immens en het is steeds meer een illusie dat je via parlementen wezenlijke veranderingen kan realiseren. Wat dat betreft is het illustratief wat er nu in Griekenland aan de hand is. Daar zie je dat er alternatieven op tafel komen op het moment dat er van geweldige maatschappelijke druk sprake is.

Daarom is het nu al voeren van de discussie over alternatieven ook zo belangrijk. De situatie in landen als Griekenland, Italië en Spanje is natuurlijk een andere dan hier. Daar is de crisis veel heftiger en wordt de noodzaak van alternatieven veel sterker gevoeld. In het aangezicht van de steeds dieper wordende crisis kan je niet volstaan met een politiek zoals die van Den Uyl in de jaren zeventig. Als je alleen uit gaat van de huidige krachtsverhouding dan sla je de plank mis. Als een partij als SYRIZA in Griekenland een jaar geleden uit was gegaan van de maatschappelijke krachtsverhoudingen zoals die er toen lagen had ze de boot gemist. En laten we eerlijk, zijn ook in Nederland zien we dat zaken snel kunnen veranderen. Kijk maar naar de politieke partijen en de voorkeur van de kiezers.

Wat betreft regeringsdeelname zijn ook de ontwikkelingen in Denemarken leerzaam. Daar is na een rechtse regering nu een centrum linkse regering aan de macht waarin de sociaaldemocraten en de met de SP te vergelijken Socialistische Volkspartij samenwerken met een sociaalliberale partij, vergelijkbaar met D66. In de praktijk voert deze regering een politiek die niet wezenlijk breekt met de neoliberale politiek. Het resultaat is dat de steun voor de twee linkse regeringspartijen snel afbrokkelt, want als linkse partijen in een regering geen linkse politiek voeren, lopen hun kiezers ook weg. Dat is een les die we in de SP niet moeten vergeten. Daarom zeg ik: de SP moet alleen gaan regeren als we echt iets kunnen veranderen.”

 

Naar boven