Turkije en de Koerden: een uitgestoken hand? | |||
Geschreven door | op donderdag, 19 september 2002
Op drie augustus jl. nam het Turks parlement bij verrassing een aantal hervormingen aan. De reden: de huidige Turkse regering wil tegen de EU-top in december tegemoetkomen aan de politieke criteria van de EU om onderhandelingen te starten voor volwaardig lidmaatschap. De hervormingen komen neer op de afschaffing van de doodstraf in vredestijd en het toekennen van culturele rechten aan minderheden (toelaten van audiovisuele programma’s en privé-onderwijs in de moedertaal).
De fascistische partij MHP, lid van de Turkse regering, was tegen, maar een wisselmeerderheid kreeg de hervormingen erdoor. Dat betekent echter nog lang niet dat bv. de Koerden nu televisie in Turkije kunnen gaan maken. De hervormingen moeten nog door het Grondwettelijk Hof goedgekeurd worden en talrijke bestaande wetsartikelen blijven in voege, waardoor de hervormingen dreigen dode letter te blijven. Zo werd in september het kersverse pro-Koerdisch dagblad Yeniden Ozgur Gündem verboden in de regio Diyarbakir en Sirnak omdat er een artikel van de hand van Abdullah Öcalan instond. Onderwijs in de Koerdische taal zou mogelijk worden, maar enkel in privé. En de Koerden worden als volk niet erkend. Concreet betekent dit nu dat je in het Koerdisch mag schrijven dat het Koerdisch volk niet bestaat. Het is niet echt daarvoor dat de Koerden 15 jaar gevochten hebben. Maar de opening is gecreëerd en de Koerden kennende, gaan ze niet alleen de aangereikte hand aannemen, maar heel het lijf proberen binnen te rijven. De algemene teneur is dus: “Hervormingen OK, maar onvoldoende en de test gebeurt in de praktijk.” Joost Lagendijk (europarlementslid voor Nederlands Groenlinks): “Ik ga akkoord met de algemene teneur van de Koerden. Voor mij was het ook een verrassing dat het Turks parlement, in volle verkiezingsperiode deze belangrijke hervormingen erdoor joeg. Afschaffing van de doodstraf, ook al is het enkel in vredestijd, en onderwijs in de moedertaal, ook al is het enkel in privé, zijn een grote stap voorwaarts. Maar andere belangrijke zaken worden niet genoemd, zoals de vrijheid van meningsuiting. Collega’s van mij zitten nog in de Turkse gevangenis: Leyla Zana en haar drie Koerdische parlementsleden. En de nieuwe wet stipuleert uitdrukkelijk dat hun zaak niet kan heropend worden. Dat is een grote vergissing van de Turkse regering en ik heb hen dat ook zo openlijk gezegd. Een ander hangijzer is het mogelijk verbod van de pro-Koerdische partij HADEP. Het signaal van het Europees parlement naar Turkije toe is zeer duidelijk: een verbod van HADEP is het slechtste wat Turkije nu kan doen. Peilingen geven HADEP minstens 6%, voor sommigen ligt zelfs de 10% kiesdrempel in het vizier. Dus als HADEP verboden wordt is het duidelijk dat Turkije met woorden speelt: democratische hervormingen zijn mogelijk als het uitkomt, maar ze worden onmiddellijk opgeschort als het niet opportuun meer is.” |
Europa :
Chris Den Hond :