Onteigening energiesector is voorwaarde voor energieomschakeling PDF Print Email
Geschreven door Daniel Tanuro op dinsdag, 29 november 2011
De vrijwilligersbeweging Klimaat en Sociale Rechtvaardigheid (KSR) organiseerde naar aanleiding van de tweede assemblee voor klimaatgerechtigheid op 19 november een publieke algemene  vergadering in Brussel. De assemblee, mede georganiseerd door KSR, Friends of the Earth en Climaxi vzw, vindt voor de tweede keer plaats en heeft de bedoeling mensen samen te brengen om via discussie sociale oplossingen te zoeken voor de klimaatcrisis. Twee thema’s stonden op de agenda van KSR: Kunnen we een ander energiebeleid voeren binnen het huidige systeem, en welke actievormen moeten we gebruiken om de klimaatbeweging een sterke inplanting te geven onder de bevolking ? Hieronder volgt een uittreksel van de tussenkomst van agronoom, klimaatactivist en auteur Daniel Tanuro.

Productivisme

Een andere energiepolitiek is een politiek zonder fossiele brandstoffen en zonder kernenergie, die enkel gebaseerd is op hernieuwbare energie. Maar dit is echter onmogelijk onder het huidige economisch bestel en wel om drie redenen. Ten eerste impliceert een omschakeling naar hernieuwbare energie in de praktijk een aanzienlijk reductie van de energieconsumptie. Gezien hernieuwbare energie zoals zonneërgie in overvloed aanwezig is, is deze omschakeling in theorie perfect mogelijk, maar om deze in de praktijk te bekomen zonder het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen te bekomen, zal men het energieverbruik drastisch moeten verlagen.

Dit impliceert gedecentraliseerde energievoorziening in plaats van gecentraliseerde energievoorziening, waarbij via warmtekrachtkoppeling energie kan bespaard worden. De energie waarmee zulke investeringen echter kunnen gebeuren, bestaat vandaag de dag voor 80% uit fossiele brandstoffen. De uitstoot die dus zal geproduceerd worden voor de omschakeling zelf zal dus op één of andere manier gecompenseerd moeten worden. Zo hebben Duitse wetenschappers berekend dat de energieconsumptie in Europa met 50% zal moeten dalen, indien men een daling van de uitstoot van broeikasgassen met 85% tegen 2050 wil bekomen.

Het energieverbruik moet dus drastisch naar beneden. Maar het grote probleem is dat het huidig economisch systeem gebaseerd is op groei. Hierdoor zal elke bezitter van kapitaal arbeiders proberen vervangen door machines, omdat machines productiever zijn. Dit om zijn marktaandeel te verruimen. Het kapitalisme is namelijk in essentie “productivistisch”. En deze fundamentele tendens van het kapitalistisch systeem is onverenigbaar met de nood om minder energie te produceren en te vervoeren zodat een energieomschakeling mogelijk wordt.

Dit is een eerste fundamentele reden voor de huidige onmogelijkheid van een energieomschakeling. Dit verklaart trouwens ook de inspanningen van de kapitalistische lobby’s en studiebureaus om een oplossing te zoeken voor de klimaatcrisis. Het Internationaal Energie Agentschap (IEA) bijvoorbeeld heeft een project voor een energietransitie, “Blue Map”. In dit scenario, waarin de economische groei en de groei van de productie onveranderd blijft, wil men het aantal kerncentrales van 500 naar 1500 uitbreiden. Deze verdriedubbeling van het aantal energiecentrales tegen 2050, waarbij men ook beroep doet op biobrandstoffen, is na Fukushima niet alleen krankzinnig, het is ook technisch onmogelijk.

Rentabiliteit

Een tweede reden waarom deze energietransitie niet mogelijk is in het huidige systeem, is dat deze onafhankelijk van de kosten moet plaatsvinden. Windmolens beginnen beetje bij beetje competitief te worden ten opzichte van de verbranding van fossiele brandstoffen of door kerncentrales voortgebrachte elektrische energie, maar fotovoltaïsche cellen daarentegen zijn dat niet en zullen dat de komende 20 jaar ook niet worden. Dus zolang dit probleem van rentabiliteit zich voordoet, zolang het economisch systeem geregeerd wordt door de winstlogica, zal de energieomschakeling niet kunnen plaatsvinden op het vereiste ritme.

Men kan dit uitdrukken in een eenvoudige vaststelling: als men de uitstoot van broeikasgassen wil reduceren van 80% naar 25% tegen 2050, zoals de rapporten van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) aanbevelen, wil dit zeggen dat men volledig uit het verbruik van olie, van steenkool en van aardgas moet stappen binnen 40 jaar. Maar er zijn enorme reserves van deze brandstoffen, en deze reserves bevinden zich niet zomaar in de natuur. Deze zijn in het bezit van groepen. Deze zijn in het bezit van Shell, BP, ExxonMobil enz. Deze behoren dus tot de activa van deze bedrijven. Indien men uit de fossiele brandstoffen wil stappen binnen 40 jaar, wil dit zeggen dat 75% van deze gekende brandstofreserves in de grond moeten blijven. Deze zullen dus nooit mogen worden ontgonnen. De bedrijven die eigenaar zijn van deze reserves zijn het hier uiteraard niet mee eens, want dit wil zeggen dat een groot deel van hun activa moet verdwijnen. Ze moeten dus een aanzienlijk deel van hun kapitaal vernietigen, en dit terwijl ze momenteel al geconfronteerd worden met de gevolgen  van de economische crisis.

Tewerkstelling

Een derde reden waarom een omschakeling onmogelijk is binnen het kader van het huidige systeem, is dat een omschakeling meer tewerkstelling impliceert. Men heeft een energiesysteem nodig dat meer mensen tewerkstelt dan het huidige energiesysteem. Als men wil omschakelen naar een gedecentraliseerd systeem waarin men alle mogelijke hernieuwbare energiebronnen gebruikt (biomassa, wind, zeestromen, kleine hydro-energie, fotovoltaïsche cellen, …) zal men meer arbeidskracht nodig hebben. Dit vraagt een grote aandacht en een andere logica dan die van de winst.

Onteigen de onteigenaars

Indien men een andere energiepolitiek wil voeren, moet men de onteigenaars onteigenen. Men moet het geheel van de energiebronnen teruggeven aan de collectiviteit. Men moet op een democratische manier en zonder vergoeding of terugkoop de grote lobby’s, de grote multinationals die het energiesysteem controleren nationaliseren, onteigenen, socialiseren, collectiviseren. Zij blokkeren de omschakeling naar een hernieuwbaar systeem. Dit lijkt een extreem radicale conclusie, maar niet alleen wij zeggen dit: James Hansen, de klimatologische chef van de Nasa, die het tegenovergestelde is van een Bolsjewiek “met een mes tussen de tanden”, heeft voor het congres van de VS een getuigenis afgelegd waarin hij heeft gezegd dat de bazen van de multinationals van de energiesector gerechtelijk zouden moeten vervolgd worden voor misdaden tegen de mensheid en tegen het milieu, want het zijn zij die de omschakeling naar hernieuwbare energie tegenhouden. En ze blokkeren dat puur om redenen van winst.

De logische conclusie is dat men hen de sector van de energie moet ontnemen, en vanuit fundamenteel humaan oogpunt is er geen enkele reden om energie niet te beschouwen als een publiek goed van de mensheid. Zeker wanneer men moet omschakelen naar hernieuwbare energie wordt het evident. Aan wie behoort de zon toe? Ze behoort toch niet aan één of ander kapitalistisch bedrijf? De zon is een gemeenschappelijk goed van de mensheid. U gaat me zeggen dat het heel radicaal is en de vraag stellen hoe men dat moet bereiken. Ik denk dat we vanuit onze dagelijkse praktijken eisen en verzoeken kan naar voor schuiven die stappen in deze richting zetten: gratis openbaar vervoer eisen is een stap in deze richting; eisen dat elektriciteitfacturen gratis worden voor alles wat basisvoorzieningen betreft is een stap in deze richting. Er zijn veel concrete en precieze eisen die men vandaag naar voor kan schuiven, eisen die het toelaten om dat groter doel te bereiken: de eigenaars van de energiesector onteigenen. En die het tegelijk toelaten om de energiebehoeften te vervullen tezamen met de sociale behoeften, namelijk wat de tewerkstelling en levensstandaard van de bevolking betreft.

 

Naar boven