Ethiopië: Het verleden als loden last PDF Print Email
Geschreven door Rob Lubbersen op dinsdag, 21 februari 2012
Voor veel mensen is Ethiopië gelijk aan een eindeloze reeks oproepen om geld te storten voor noodhulp. Honger, armoede en ellende. En er is zeker een hoop miserie. Maar er is ook een ander Ethiopië. Een land van overvloed, rijkdom en voorspoed. De tegenstellingen zijn gigantisch. De pogingen om hier verandering in aan te brengen, worden echter ernstig gehinderd door traumatische ervaringen in het verleden. De volkomen uit de hand gelopen Ethiopische Revolutie van 1974 tot 1991 speelt daarin een belangrijke rol. Elk project dat zegt te streven naar meer sociale rechtvaardigheid kan rekenen op een muur van wantrouwen.

Keuterboeren

Ethiopië is een geweldig groot land in het oosten van Afrika. Om precies te zijn: in de Hoorn van Afrika. Meer dan dertig maal de oppervlakte van België. Met 85 miljoen inwoners. Er leven in totaal 76 verschillende volkeren met evenveel verschillende talen. Van zwarte Afrikanen in het zuidwesten tot lichtgetinte ‘Arabieren’ in het noordoosten. Met ongeveer 40 procent orthodoxe christenen, nauw verwant aan de Koptische kerk, 40 procent moslims en 10 procent animisten. Er is inderdaad ellende. Naar schatting worden momenteel 2 miljoen Ethiopiërs direct door de hongersnood bedreigd. Bijna 45 procent van de bevolking leeft onder de armoedegrens. Dat betekent dat 40 miljoen mensen het moeten doen met minder dan één euro per dag. Er zijn nauwelijks grondstoffen en er is weinig industrie. Zo’n 80 procent van de beroepsbevolking werkt in de landbouw. De meesten als keuterboeren voor wie de opbrengst van het land net genoeg is om het hoofd boven water te houden. Minder dan de helft van de mensen, en slechts één op de drie vrouwen, kan lezen en schrijven.

Daartegenover staan streken met een overweldigende natuur. Jungle, graanvelden, grazige weiden. Groen, groener, groenst. Met uitgestrekte akkers en enorme veestapels. Niet iedereen komt iets tekort. Steeds vaker zijn het buitenlandse ondernemingen die profiteren van de Ethiopische natuur en goedkope arbeidskracht. De grootste exporteur van in dit land gekweekte bloemen is bijvoorbeeld een Nederlander. En Saoedi-Arabië, Koeweit en Zuid Korea hebben in Oost Afrika een gebied gekocht dat even groot is als heel Frankrijk, voor de productie van palmolie en biobrandstoffen. Duizenden kleine boeren zijn daarvoor van hun grond gejaagd.

Relatieve vrijheid

Vanwege de openstelling van de Ethiopische economie voor buitenlandse ondernemers wordt het land wel als voorbeeld gesteld voor andere Afrikaanse landen. Ook de relatieve rust dankzij een grote mate van zelfstandigheid voor de 11 regio’s én de betrekkelijk gunstige mensenrechtensituatie dragen bij aan die voorbeeldrol. Voeg daarbij de bereidheid van het huidige regime om mee te doen aan ‘de oorlog tegen het terrorisme’ en de populariteit van Ethiopië in brede westerse kringen is verklaard. Echter, de massale honger en armoe zijn er niet minder om. En het autonomiebeleid voor de regio’s moge inderdaad verstandig zijn, op het gebied van de democratische vrijheden vallen nog heel wat appeltjes te schillen. De laatste vrije verkiezingen dateren al weer van 2005 en van de toen opstomende oppositie zijn er flink wat leden in de gevangenis gegooid. Kritische intellectuelen geven aan dat het nog steeds gevaarlijk is om openlijk al te kritisch te zijn. Als remmende factor op verandering van de bestaande verhoudingen wijzen zij ook nog op iets anders. Slechts weinig mensen zijn bereid hun nek uit te steken omdat ze het vergeleken met vroeger zo slecht nog niet hebben. Het kan immers allemaal nog veel erger…

Marxisme-leninisme

In 1974 heerste er hongersnood in Ethiopië. Vermoedelijk 200.000 mensen vonden de dood. Het werd de directe aanleiding voor een revolutie. In het hele land kwamen studenten, arbeiders en boeren in opstand. Uiteindelijk werd het feodale bewind van keizer Haile Selassie aan de kant geschoven door een groep legerofficieren. Zij vormden een comité dat zich de ‘Derg’ noemde. Mengistu werd daarin de ‘sterke man’. De Derg koos voor een marxistisch-leninistisch politiek program. De monarchie werd omgezet in een republiek en er werd een grootscheepse alfabetiseringscampange gestart. Het grootgrondbezit werd afgeschaft, het land verdeeld onder de boeren mét de aanmoediging om in collectieven te gaan werken, en alle banken en grote bedrijven werden gesocialiseerd. De relatie met de imperialistische Verenigde Staten werd verbroken en er werd een stevig bondgenootschap gesloten met de Sovjet Unie en Cuba. In veel opzichten vertoonde de omwenteling in Ethiopië de kenmerken van een socialistische revolutie.

Maar op enkele wezenlijke punten was dat juist helemaal niet het geval. Als het socialisme bedoeld is als een beweging naar méér sociale rechtvaardigheid, naar méér vrijheid, naar méér humaniteit, dan schoot de Ethiopische revolutie ernstig tekort. Er kwam geen vrije meningsuiting, er kwamen geen vrije verkiezingen. De studentenbeweging, die zich ook als marxistisch-leninistisch afficheerde, werd fel bestreden. De afscheidingsbewegingen in de provincies, die zich overigens óók marxistisch-leninistisch noemden, werden hard aangepakt. Oplopende spanningen en uiteindelijke een openlijke oorlog met Somalië brachten de situatie in Ethiopië tot een kookpunt. In 1977 gingen de Derg en Mengistu expliciet over tot een politiek van Rode Terreur. Leden van de oude elite werden zonder vorm van proces geëxecuteerd. Anarchisten, zoals de studenten werden genoemd, en bandieten, zoals de separatisten werden betiteld, die in de handen van de Derg vielen werden met duizenden doodgemarteld. Hun mismaakte lijken werden als waarschuwing op straten en pleinen gedumpt. Wreedheid kende geen grenzen.

Dwang

De uitgaven voor de repressie, vooral voor de strijd tegen de regionale bevrijdingsbewegingen, zoals die in Eritrea, liepen enorm op. In 1974 werd ongeveer 50 miljoen euro aan militaire uitgaven gespendeerd – 18 procent van de totale begroting. In 1991 was dat opgelopen tot ruim 1 miljard euro. Natuurlijk ging dit ten koste van investeringen in sociale en economische projecten. Steeds meer was dwang het enige ordewoord van de Derg bij de hervormingen. Die kwamen mede daardoor niet van de grond. De kolven en de kogels van de AK-47’s bleken niet de middelen te zijn om een grotendeels middeleeuwse maatschappij te moderniseren. In 1984 kwam dit falen pijnlijk duidelijk aan het licht toen een hongersnood uitbrak die in omvang die van voor de revolutie in de schaduw stelde. In 1991 tenslotte stortte het regime in het kielzog van de Sovjet Unie in elkaar. Mengistu werd door de ‘anarchisten en bandieten’, die hij niet had weten uit te roeien, uit de hoofdstad Addis Abeba verdreven. Tot op heden verblijft hij bij zijn vriend Mugabe in Zimbabwe.

Humaan

Wanbeleid en onderdrukking in de zeventien jaar van het ‘communisme’ van de Derg hebben samen ongeveer één miljoen slachtoffers gemaakt. De woorden waren links. De retoriek was revolutionair. De daden waren desastreus. De praktijk was misdadig. Het optreden van de Derg was vergelijkbaar met dat van de Rode Khmer in Cambodja. Losgeslagen en dolgedraaid stalinisme. Hooggestemde idealen werden gesleurd door een modder vol etter en bloed. Geen wonder dat dat heel veel Ethiopiërs huiverig zijn voor nieuwe politieke, economische en maatschappelijke experimenten. Toch zullen die er moeten komen. De bestaanszekerheid kan nu al voor miljoenen mensen niet worden gegarandeerd. Wat als dat voor tientallen miljoenen gaat gelden? De bevolking groeit explosief. Volgens prognoses telt Ethiopië in 2025 zo’n 125 miljoen inwoners, waarvan de helft jonger zal zijn dan 20 jaar. De landbouw kan niet onbeperkt worden uitgebreid, grondstoffen zijn schaars, industrie is nauwelijks voorhanden.

Wie gaat zoveel mensen voeden? Tussen de diverse bevolkingsgroepen bestaat een kwetsbaar evenwicht en er is reeds vrees voor een aanwas van het fundamentalisme onder de moslims. De huidige regering van Meles Zenawi weet met veel pragmatisme, waarbij regionale autonomie de belangrijkste troef is, de stabiliteit aardig te handhaven. Maar hoe lang nog? De oppositie is na de successen bij de verkiezingen in 2005 verdeeld geraakt, uiteengevallen en machteloos. Een duidelijk alternatief is momenteel niet voorhanden. Hopelijk ontstaan er op tijd nieuwe krachten die bereid zijn om te leren van het verleden én die zich ook niet door dat verleden laten kluisteren. Ethiopië staat voor een geweldige uitdaging en dat is om ditmaal op humane wijze een nieuwe poging te wagen de noodzakelijke vooruitgang te verwezenlijken.


Dit artikel verscheen eerder op Grenzeloos , website van onze Nederlandse zusterorganisatie SAP.

 

Naar boven