Vooruit met de relance… van de sociale en ecologische afbraak! PDF Print Email
Geschreven door Daniel Tanuro op vrijdag, 20 juli 2012
De groei komt weer op de proppen in het politieke discours. Het Europees Vakverbond (EVV) heeft er het al een paar jaar over. François Hollande heeft er een belangrijk thema van van gemaakt in zijn verkiezingscampagne. De sociaaldemokraten vragen het in alle landen, meer bepaald in Duitsland. Rechts schaart zich er ook achter, meer bepaald bij monde van Mario Draghi- de voorzitter van de Europese Centrale Bank- en van Herman Van Rompuy- voorzitter van de Raad. Zelfs Angela Merkel bewijst er lippendienst aan door te stellen dat besparingen alleen niet volstaan, en dat de groei moet geherlanceerd worden.

In een context van hervormingen”

Het EVV doet er verkeerd aan zich te verblijden met deze ontwikkelingen (1): het is een relance in het kader van neoliberale besparingen waarover het gaat. Beperkt door de omvang van de tekorten en onderworpen aan de wet van de winst, zal deze zeer hypothetische relance de massale werkloosheid niet doen verdwijnen. Ze zal als voorwendsel dienen voor nieuwe antisociale en antidemocratische aanvallen, en zal de ecologische crisis nog doen verergeren.

In plaats van zich illusies te maken in de aangekondigde effecten van deze (miniscule) verandering in de continuiteit, moet men er eerder een aanmoediging in zien om de strijd te verhevigen en krachtsverhoudingen op te bouwen met het oog op een alternatief die naam waardig: een ander sociaal en ecologisch ontwikkelingsmodel dat niet gebaseerd is op de groei maar op de verdeling van de arbeid en de rijkdom, met respect voor de limieten van het milieu.

“Er bestaat vandaag meer en meer een duidelijke concensus over het feit dat men meer moet doen om groei te creëren en jobs bij te creëren, in de context van budgettaire en structurele hervormingen die men in Europa aanhangt”. Deze verklaring van President Obama op de recente top van de G8 toont duidelijk de beperkingen aan van het schimmenspel rond de relance. De kern van het probleem is eigenlijk de diepe impasse waarin het kapitalistische wereldsysteem voortploetert. Deze impasse kan schematisch voorgesteld worden door een eenvoudige formule: enerzijds is het onmogelijk om terug te keren naar het keynesiaanse model van de Dertig Gouden jaren (gezien de massale schulden zou dit een radikale verdeling van de rijkdommen noodzakelijk maken); anderzijds kan ook het neoliberale model, dat zijn kans schoon zag de winsten spectaculair te herstellen en in 2008 ontspoorde, niet terug op het spoor gezet worden (omdat de hoogte van de schuldengraad niet langer toestaat om op kunstmatige markten aan kapitaal te geraken).

Er moet dus een derde model zijn, maar er is er geen, omdat het kapitalisme enkel maar kan bestaan onder deze twee varianten: ofwel de regulering, ofwel wat Michel Husson zeer treffend het “pure kapitalisme” heeft genoemd.(2).

Daarom hebben de heersende klassen, en zeker de Europese, geen enkel andere oplossing dan de neoliberale vlucht vooruit: de onverbiddelijke afbraak van wat er rest van de “verzorgingsstaat”, wat op zijn beurt, gezien het sociale verzet, op zijn beurt een snelle verglijding noodzakelijk maakt naar een semi-despotisch politiek regime.

Het is enkel in de mate dat dit omvangrijk offensief van sociale en democratische achteruitgang de gehoopte resultaten oplevert dat er budgettaire ruimte beschikbaar zal komen voor de zogenaamde “groeipolitiek”.

Het is dat wat Obama wil zeggen als hij benadrukt dat deze politiek gevoerd moet worden “in een context van budgettaire en structurele hervormingen”. De uitspraken van Mario Draghi maken duidelijker waarom het gaat : hervorming van de arbeidsmarkt, vermindering van de “loonkost”, toenemende flexibiliteit en onzekerheid, verlenging van de beroepscarrière...(3)

Marges? Welke marges?

Het zou misdadig zijn zich hierin te vergissen: het is een oorlog die verder wordt gezet. Een meedogenloze klassenoorlog, zoals de Amerikaanse miljardair Warren Buffet hem omschreef. En hij is nog niet gedaan. Gezien de enorme privéschulden die omgezet werden in openbare schulden, gezien hetgeweld waarmee de wereld van de arbeid in het nauw wordt gedreven en gezien de diepe crises van het politiek regime die in het ene land na het andere verschijnen, kunnen de beschikbare budgettaire marges voor de relance enkel maar zeer beperkt zijn.

In de veronderstelling dat Duitsland akkoord zou gaan (wat zeer verbazend zou zijn) om de schulden onderling te spreiden door het mechanisme van euro-obligaties, zouden deze euro-obligaties nog niet veel manoeuvreerruimte met zich meebrengen. Zij zouden immers de financieringskosten van de “gezonde” landen van Noord-Europa de hoogte in jagen terwijl zij die van de “zieke” landen in het zuiden van het continent zouden verlichten. Nog een poging? De tekorten uit de pan laten swingen? De inflatie laten oplopen? De “markten” verzetten zich hiertegen, en ze hebben de middelen om hun wil op te dringen. En het “obligatieproject” waarmee de Europese Commissie transeuropese projecten wil financieren in transport, energie en innovatie? Het bedrag zal maar 230 miljard euro's bedragen. De herkapitalisering van de Europese Investeringsbank (EIB)? Dat zal niet meer dan 10 miljard € bedragen...

Bedragen van die orde volstaan totaal niet om een uitgebreid openbaar investeringsplan te financieren dat eraan zou kunnen bijdragen de massale structurele werkloosheid ten gronde aan te pakken.

Vergeet die andere crisis niet!

In deze context heeft links de neiging de ecologische crisis een beetje te vergeten. Gezien de sociale noodwendigheid is dit wel te verstaan, maar toch is het een ernstige vergissing. Het gaat er eigenlijk om om de ecologische dwang niet uit het oog te verliezen die een belangrijke en radikaal nieuwe factor in de sociale situatie schept. Een factor waar we niet omheen kunnen: een sociale en economische strategie die ter zelfdertijd geen uitweg biedt voor de milieuvernietiging zal de uitgebuitenen zonder meer met bijkomende problemen en lijden confronteren.

Waar gaat het over? In de eerste plaats de zeer nauwe band tussen klimaat en energie. We herhalen hier kort de gegevens uit de rapporten van de Intergouvernementele Expertengroep over de Evolutie van het Klimaat (IPCC).

Om 50% kans te hebben om niet te ver boven 2°C temperatuursverhoging van de aarde te komen, komt het er op neer om gelijktijdig aan de volgende voorwaarden te voldoen:

- De uitstoot van broeikasgassen tegen 2050 met 50 tot 85% verminderen;

- Deze vermindering ten laatste tegen 2015 aanvatten;

- In vergelijking met 1990 de absolute uitstoot van broeikasgassen van de ontwikkelde landen met 80 tot 95% verminderen, met een tussenstap van 25 tot 40% tegen 2020;

- De relatieve uitstoot van de ontwikkelingslanden met 15 tot 30% verminderen (in vergelijking met “business as usual” projecties).

Om de kijken wat dit betekent moeten drie elementen in rekening gebracht worden: 1) koolzuurgas (CO2) is het belangrijkste broeikasgas; 2) dit CO2 is het onvermijdelijke product van het verbranden van koolstofbrandstoffen, meer bepaald fossiele brandstoffen; 3) deze koolstofbrandstoffen dekken 80% van de energiebehoeften van de mensheid.

Daarom, als we een onomkeerbare klimaatsverandering willen vermijden, kan dit enkel door een versnelde “phasing out” van steenkool, aardgas en petroleum.

Dit vereist niet enkel een formidabele omschakeling op wereldvlak in de richting van hernieuwbare energie, maar ook de omschakeling van de petrochemische industrie, want die is gebaseerd op petroleum als basisgrondstof. Het technisch potentieel van hernieuwbare energie is ruim voldoende om deze energetische omslag te lukken, maar hun economisch potentieel (hun competitiviteit in vergelijking met fossiele energiebronnen) is en blijft blijkbaar onvoldoende gedurende twee tot drie decennia. Komt daar nog bij dat deze overgang gigantische investeringen vereist in een nieuw gedecentraliseerd energiesysteem, deze investeringen ook energie vereisen, en deze energie, in het begin van de overschakelinghoofdzakelijk uit fossiele energie bestaat , dus een bron van bijkomende uitstoot van broeikasgassen...

Relance... van de ecologische afbraak

Conclusie: het groene kapitalisme is even illusoir als het sociale kapitalisme, en de combinatie van de twee is gewoonweg wishful thinking. Gezien het gebod van de competitiviteit, in een context van concurrentie, houdt de relance van de groei niet alleen een drastische klemtoon in op het neoliberaal besparingsoffensief en een hiermee samengaande achteruitgang van de democratische rechten, maar ook een heuse ecologische en sociale catastrofe van zulk een omvang dat het moeilijk is er de contouren ervan te schetsen.

Het komt er hier niet op aan om de dag des oordeels aan te kondigen, maar om de impact van de projecties, opgesteld op basis van klimatologische modellen, ernstig te nemen. Er moet benadrukt worden dat ze niet steeds met de realiteit van de waargenomen fenomenen overeenkomen. De realiteit blijkt dikwijls nog erger.

Op basis van de actuele verbintenissen door de regeringen (maar zijn die nageleefd?), kan men een temperatuursverhoging met 3,5 tot 4°C vooropstellen in de twintig jaren die voor ons liggen, en dit in vergelijking met het pre-industriële tijdperk. Dat doet vrezen voor een stijging van het niveau van de oceanen met een meter of meer zal stijgen op het einde van de eeuw, voor een drastische achteruitgang van de toegang tot zoet water komt(wat nu al ongeveer één miljard mensen treft), voor meer extreme weerfenomenen, een groot verlies aan landbouwproductie op wereldschaal en een stijgende afname aan biodiversiteit.

Meer dan een miljard mensen zullen geconfronteerd worden met een verharding van hun levensomstandigheden, vele miljoenen worden bedreigd in hun bestaan zelf. De overgrote meerderheid van deze slachtoffers zullen -en zijn reeds- armen in arme landen...die geen of weinig verantwoordelijkheid dragen voor de klimaatsverandering.

Een ander ontwikkelingsmodel

De idee dat zelfs een gedeeltelijke oplossing van de sociale en ecologische problemen zou resulteren in een heropleving van de groei moet dus opgegeven worden.

Het tegenovergestelde is waar. Meer bepaald, de plaag van de permanente massawerkloosheid -24 miljoen zonder werk in de EU! -is op geen enkel vlak het resultaat van een gebrek aan economische groei: zij is het resultaat van de neoliberale politiek die wil dat de opbrengsten van de productiviteit worden gebruikt om de winst van de aandeelhouders aan te dikken , en niet om de arbeidsduur te verkorten.

Wat de energetische omschakeling betreft, zal deze niet voortvloeien uit de groene kapitalistische mythe - noodzakelijkerwijs neoliberaal - maar enkel door een voluntaristisch openbaar investeringsplan in energie-efficiëntie en in hernieuwbare bronnen.

Maar, in de door het IPCC voorgeschreven tijdslimieten, is zulk plan niet op een serieuze manier voor te stellen zonder een opheffing van de onrechtmatige schuld en het in openbare handen brengen van de financiële sector en de energiesector, door nationalisaties zonder schadeloosstelling van de grote aandeelhouders.

We moeten dus breken met het neoliberalisme... het enige werkelijk bestaande kapitalisme vandaag. Wat vandaag op de dagorde staat, en een perspectief kan bieden aan de strijd, is de uitwerking van een totaal verschillend ontwikkelingsmodel op Europese schaal. Een ecosocialistisch model. Dat houdt in, om het bij voorbeeld van de strijd tegen de werkloosheid te blijven, dat we als vertrekpunt durven stellen dat het scheppen van werk moet gebeuren via een radikale inkomensherverdeling, en niet door de groei. Dus door een confrontatie met het kapitaal, en niet via haar “relance”.

Op het milieuvlak, zal dit ontwikkelingsmodel moeten bestaan uit de herverdeling van de rijkdom, niet door haar toename, tenminste in de ontwikkelde landen . We moeten zelfs verder gaan en het woord “ontgroeien” in de mond durven nemen. Uiteraard niet op een politiek-filosofische manier, zoals sommigen doen, maar in de letterlijk zin van het woord. Eigenlijk, met de redenen die hierboven zijn aangehaald, is de “phasing out” van fossiele brandstoffen in twee generaties niet realiseerbaar in onze landen zonder een vermindering van de materiële productie en van het transport. Wat zeker meebrengt dat we politieke keuzes moeten maken zoals de opheffing van de productie van nutteloze en schadelijke producten, een ruime herlocalisatie van de economie, de overgang naar een meer lokale biologische landbouw, enz.

Het is de combinatie van de ecologische en de sociale crisis die aan de crisis van het kapitalisme vandaag een dimensie van een algehele systeem- en beschavingscrisis geeft die historisch totaal zonder weerga is. Links moet , in de uitwerking van alternatieven, aan de kop staan in deze uitdaging.

Noten:

1.  In een persbericht van 30 april 2012 schreef het EVV, naar aanleiding van de stellingname van de voorzitter van de Europese Centrale Bank :” Door dit voorstel te doen, staat Mario Draghi achter het uitgangspunt dat sinds lang door het EVV wordt verdedigd: besparing is een straatje zonder einde en de gezondmaking van de openbare financiën kan niet gerealiseerd worden dan door een relance van de economie en door werkgelegenheid.”

2.  Michel Husson, Un pur capitalisme, Ed. Page Deux, Lausanne, 2008.

In het hierboven geciteerd communiqué zegt het EVV “ten gronde niet akkoord te gaan met het idee dat door de ECB wordt verdedigd om de groei te baseren op de hervormingen van de arbeidsmarkt: door dalende lonen en evenmin door onzekere arbeid zal de economische relance tot stand komen”. Maar, in plaats van er antikapitalistische conclusies uit te trekken, wil het EVV geloven in de mogelijkheid van een relance “gebaseerd op goede lonen, de sociale dialoog en de bevordering van het Europese sociale model.” Dat is pas illusies koesteren.

Naar boven