Brand in de ‘Mezen’ - Bittere pil voor de slachtoffers PDF Print Email
Geschreven door Sébastien Brulez op woensdag, 06 april 2005
Op 20 februari 2003 werd in de Allée des Oiseaux in Bergen, de stad van Elio Di Rupo, een flatgebouw met sociale woningen door vlammen verwoest. De brand in de 'mezentoren' veroorzaakte de dood van zeven mensen en liet een zestigal families achter in totale wanhoop. Twee jaar later voert een comité van slachtoffers nog steeds strijd om ervoor te zorgen dat de vroegere bewoners hulp zouden krijgen en eindelijk erkend zouden worden als slachtoffers.

"Momenteel hebben de slachtoffers de indruk dat ze volledig aan hun lot worden overgelaten door de lokale autoriteiten", verklaart John Joos, voorzitter van het Mini-Parlement, een vzw die getroffen werd door het verlies van één van haar actieve leden die in het verwoeste flatgebouw woonde. Logisch dus dat het Mini-Parlement zich volop engageert in het comité van de slachtoffers van de 'Mezen'. Het comité verwijt de autoriteiten en de sociale huisvestingsmaatschappij ‘Toi et Moi’ (enkele maanden na de ramp veranderde het voormalige Sorelobo zijn naam in 'Toi et Moi'), die het gebouw beheerde, een totaal gebrek aan opvolging van het probleem. Daarom besloten enkele leden de zaak voor de rechtbank te brengen. Ze dienden klacht in tegen onbekenden en tegen een dertigtal beheerders van het voormalige Sorelobo omwille van onvrijwillige doodslag, slagen en verwondingen zonder voorbedachte rade en brand van onroerende goederen door ouderdom. 

Geen zaak van misdaad alleen

Hoewel het crimineel karakter van de brand bevestigd werd, houdt het slachtoffercomité vol dat het drama niet enkel aan een misdaad is te wijten. Talrijke mankementen in de beveiliging van het gebouw hebben de verspreiding van het vuur versneld. Volgens John Joos: "Sinds 1968 bestaat er een rapport van de brandweer waarin wordt beweerd dat dit flatgebouw (dat gebouwd was voor een duur van 20 jaar) een echte luciferdoos was. Wat wij nu willen weten, is waarom dit rapport werd miskend, en vooral door wie." 

De fouten in het gebouw die noodlottig bleken op de dag van het drama, waren talrijk. Een brandalarmsysteem ontbrak. Het blusmateriaal was defect. De toegang tot de nooduitgangen was belemmerd en gevaarlijk (om de reddingsladder te bereiken moest men over de balustrade van het balkon klimmen). De evacuatie van de rook bleek onmogelijk.

Daarenboven maakte het ontbreken van een slot aan de voordeur het mogelijk voor gelijk wie om op elk uur van de dag binnen te dringen. Dat had in het verleden al tot brandjes geleid, die gelukkig minder ernstig waren.

"Op de eerste vergaderingen na het drama bleek dat velen in een psychologisch moeilijke situatie zaten en zware huisvestingsproblemen hadden. Verschillende families moesten schulden aangaan om de medische kosten door de brand te kunnen dekken. De situatie was moeilijk voor iedereen (de stad, ex-Sorelobo, het OCMW…), gezien de noodtoestand en het hoge aantal families dat een nieuwe woonst nodig had", vertelt John Joos. Het voormalige Sorelobo vestigde een aantal families in woningen die niet conform de regels waren, onder het voorwendsel dat dit maar een voorlopige oplossing was. Twee jaar later is echter niets veranderd en wonen de slachtoffers nog altijd in dezelfde penibele omstandigheden.  

Nog steeds dezelfde noden als twee jaar geleden

De slachtoffers blijven in een precaire situatie zitten. Er waren niet enkel de kosten voor de nieuwe woonst, maar ook die voor medische zorgen. De voorzitter van het Mini-Parlement: "de slachtoffers kregen geen enkele steun van de stad Bergen. Een deel van de medische kosten werd gedekt via collectes van burgers. Bij het voormalige Sorelobo verkoos men een nieuw imago door van naam te veranderen. Met die naamsverandering veranderde ook de logica van de bedrijfsadministratie, zodat ons geen enkele hulp werd verschaft. 

Openbare dienst ?

De beheerraad van 'Toi et Moi' is in handen van één politieke partij, die ook de macht heeft in de stad Bergen. Volgens John Joos is daarom sprake van een soort schizofrenie tussen wat enerzijds een openbare dienst zou moeten zijn (het voormalige Sorelobo), en anderzijds de politieke belangen die meer rekening houden met de partijlogica dan met de belangen van de burgers die deze zou moeten vertegenwoordigen.

Naar boven